Man in storm aan de kust. Bron: Getty Images
Man in storm aan de kust. Bron: Getty Images
Nu

Wanneer stormt het eigenlijk?

Het kan je het afgelopen weekend niet zijn ontgaan: het waaide flink. Windstoten tot wel 80 kilometer per uur waren geen uitzondering, en dat leverde in het hele land code geel op. Misschien vroeg je je af: waar komt die wind vandaan, en wanneer spreken we eigenlijk van een storm of zelfs een orkaan?

Storm Amy

De stevige wind van het afgelopen weekend werd veroorzaakt door storm Amy. Deze storm ontstond uit een lagedrukgebied dat boven de Atlantische Oceaan lag. De week ervoor trok orkaan Humberto nog over hetzelfde gebied. Toen Humberto boven het koeler zeewater terecht kwam, verloor het zijn kracht. De restanten kwamen terecht in een krachtige straalstroom, waardoor het systeem kon uitdiepen en vervolgens veranderde in een lagedrukgebied dat storm Amy werd genoemd. Boven Schotland bereikte Amy haar hoogtepunt, waarna het over de Noordzee richting Nederland trok. Toen de storm boven land kwam, nam hij in kracht af, al was de wind in Nederland nog goed te voelen.

Satellietbeeld of Storm Amy. Bron: Wetterzentrale.de

Hoe ontstaat wind?

Wind is niets anders dan bewegende lucht. Die beweging ontstaat door verschillen in luchtdruk. In een hogedrukgebied is er een overschot aan lucht terwijl er in een lagedrukgebied juist een tekort is. De lucht verplaatst zich van hoge naar lage druk om dit verschil op te heffen. Toch waait wind niet rechtstreeks. Door de draaiing van de aarde, ook wel het Corioliseffect, krijgt de wind een afwijking naar rechts op het noordelijk halfrond. Hierdoor ontstaat er een draaikolk van lucht om een lagedrukgebied of depressie heen.

Windstoten en windvlagen

De wind waait zelden overal even hard. Vaak treden er plotselinge pieken op: windvlagen. Wanneer zo’n vlaag harder sneller is dan 50 kilometer per uur, noemen we dat een windstoot. Vanaf 75 kilometer per uur spreken we van zware windstoten. Bij zulke snelheden geeft het KNMI vaak code geel uit, omdat de wind gevaarlijk kan zijn voor verkeer, bouwsteigers en losse voorwerpen. Het zijn meestal juist deze windstoten, en niet de gemiddelde wind, die voor schade zorgen tijdens stormen.

Wanneer is het officieel storm?

Om een lagedrukgebied een storm te noemen, houdt het KNMI aan dat het gedurende minstens 1 uur windkracht 9 moet zijn op de schaal van Beaufort. Dit staat gelijk aan 75-88 km/uur. De Beaufort-waarden zijn gebaseerd op een 10-minuten gemiddelde, al hanteert het KNMI voor de definitie van een storm dus een uurgemiddelde. Bij een zware storm wordt windkracht 10 bereikt en bij een zeer zware storm windkracht 11. Windkracht 12 is orkaankracht, wat in Nederland zelden voorkomt. Ze kunnen wel lokaal gemeten worden in extreme situaties, zoals in kustgebieden of op zee.

Het ontstaan van een orkaan

Een orkaan is een bijzonder soort storm die alleen kan ontstaan boven warm zeewater dat minstens 26 graden is. Hierboven verdampt veel water, wat vervolgens opstijgt en condenseert tot enorme wolken. Daarbij komt warmte vrij, waardoor de lucht nog verder op kan stijgen en de luchtdruk nog verder daalt. Door dit proces kan een klein lagedrukgebied uitgroeien tot een tropische orkaan. Zolang de orkaan zich boven warm zeewater bevindt dat verdampt, blijft het zichzelf voeden en kan het in kracht toenemen.

In het oog van de orkaan

Een erg herkenbaar deel van een orkaan is het oog. Dit is het middelpunt van de orkaan, en het bijzondere is dat het hier juist zo goed als windstil is en er geen wolken zijn. Rondom het oog is juist de stroming het sterkste. Gewone lagedrukgebieden zoals we dat in Nederland kennen hebben geen duidelijk oog, omdat deze minder gestructureerd zijn door lagere windsnelheden.

Doorsnede orkaan. Bron: NOAA

Orkanen en stormen in Nederland

Orkanen ontstaan alleen boven warm, vochtig zeewater. Dit is alleen rondom de tropen aanwezig, dus alleen in deze gebieden komen orkanen voor. Wanneer de orkanen te veel naar de polen afbuigen zwakken ze af in sterkte doordat het zeewater daar niet warm genoeg is om de orkaan te voeden. Daardoor komen er ook geen orkanen voor in Nederland. Een van de zwaarste stormen die in Nederland voor is gekomen was in november 1921 in Vlissingen, toen werd een windstoot van 162 km/uur gemeten, en over een uur nog 115 km/uur, wat overeenkomt met orkaankracht (32 m/s). Deze grote windkracht bracht toen enorme schade aan, doordat het bomen uit de grond rukte en schoorstenen omverblies.

Waarom meer stormen in de herfst?

De herfst staat er bekend als het seizoen van de stormen. Dit komt doordat de temperatuurverschillen tussen land en zee dan groot zijn. Deze verschillen zorgen voor grote luchtdrukcontrasten, waardoor krachtige lagedrukgebieden kunnen ontstaan. Daarnaast is het mogelijk, net als vorige week gebeurde, dat de restanten van een orkaan, zogenaamde ‘ex-orkanen’, soms nog stormachtig weer veroorzaken in Nederland.

Dat een storm alleen een typisch herfst verschijnsel is, is niet helemaal correct. Gedurende de hele winter is de kans op storm groot, omdat in dit halfjaar de temperatuurverschillen tussen de noordpool en de evenaar groot is. Dit temperatuurverschil drijft de straalstroom. Deze grote rivier van lucht op ongeveer 10 km hoogte in de atmosfeer voert lagedrukgebieden aan en kan ze ook intensiveren. Zo kan een lagedrukgebied uitgroeien tot een storm.