Droogte slaat weer toe, ook onze geavanceerde samenleving blijft afhankelijk van het weer
Als de problemen door de droogte, die opnieuw als een donkere wolk boven lente vierend Nederland hangen, één ding bewijzen, dan is het wel hoe gevoelig ook onze zeer geavanceerde samenleving is voor de grillen van het weer.In een samenleving waarin zoveel maakbaar zou moeten zijn, klinkt het tegenstrijdig dat we (weer) voor grote mate afhankelijk zijn van het weer. Maar ga maat eens na: Twee maanden zonder regen blijken in Nederland al voldoende om het water in sommige landbouwgebieden op rantsoen te krijgen. En dat na een zeer natte winter, die nog aar twee maanden achter ons ligt. Nu al luiden de landbouworganisaties de noodklok. Als er niet snel water op het land komt, dreigt een (flink) deel van de oogst te mislukken. Geen fijn vooruitzicht in een periode waarin de wereldwijde voedselproductie toch al onder druk staat door de oorlog in Oekraïne en de stokkende graanproductie daar. De voedselprijzen zijn hierdoor al scherp gestegen en dat lijkt de komende tijd alleen maar verder te gaan.
Afhankelijkheid van het weer
In verschillende stadia van de geschiedenis is onze afhankelijkheid van het weer door meerdere fases heengegaan. Er was een tijd dat mensen – zonder vaste woon of verblijfplaats – als jagers/verzamelaars over de aarde zwierven. Toen was er een hele directe afhankelijkheid van het weer, maar de mogelijkheid om uit een gebied met vijandige omstandigheden weg te trekken, bood ook flexibiliteit.
Toen de zich ontwikkelende samenlevingen vaste woon- en verblijfplaatsen kozen, gingen mensen in huizen wonen, om zich tegen de grillen van het weer te beschermen. Ook kwamen de eerste vormen van landbouw tot ontwikkeling. Het waren de voordelen van de nieuwe manier van leven. De afhankelijkheid van het weer nam af. Er ontstond ook een nieuwe: het weer in het gebied waar je woonde, moest je wel altijd gunstig gezind zijn. Viel het een keer tegen, dan had je wel minder te eten. De flexibiliteit om in zo’n geval weg te trekken, was ook minder groot. Omdat je alles wat je had opgebouwd, moest achterlaten.
Uitvindingen
Daarna kwamen de uitvindingen, die het leven beter maakten. We perfectioneerden wat we al konden, er kwamen nieuwe dingen bij. We gingen reizen; te voet, op paarden, in boten en met koetsen. Later kwamen de trein, de fiets en de auto erbij. We leerden vliegen. Elke nieuwe stap maakte het leven beter, maar creëerde andere afhankelijkheden van het weer. Als je niet vliegt, doet het weer op grote hoogte in de atmosfeer er niet toe, nu wel. Als je de zee niet op gaat, maakt het niet uit hoe hard het daar waait en hoe hoog de golven zijn, nu wel. Op de weg is het weer een factor van belang en ga zo maar door.
De verdere uitwerking en toenemende perfectie van de nieuwe ideeën, creëerde eveneens een toenemende afhankelijkheid van het weer. Het verkeer op de weg is zo druk, dat een kleine invloed van het weer verstrekkende gevolgen kan hebben. Het Nederlandse spoor is zo vol dat een kleine vertraging door het weer in het hele land tot oponthoud en het uitvallen van treinen kan leiden. Iedereen kent de situatie in de lucht, als het vliegveld, waar je naartoe vliegt, als gevolg van slecht weer even dicht moet of minder vluchten dan normaal aan kan. Voor je het weet, sta je ineens op een heel andere besteming.
Nederland is dichtbevolkt
Vrijwel alle afhankelijkheden van weer doen zich in Nederland in nog wat extremere mate voor, omdat wij in zo’n dichtbevolkt land leven. Op het land, de weg, het water en in de lucht speelt het weer een ferm woordje mee. Het is niet voor niets dat er in Nederland zo’n bloeiende weermarkt is ontstaan. De afhankelijkheid van het weer is in onze zeer geavanceerde samenleving groot.
Veel van de concepten die in ons dagelijkse leven een rol spelen, beheersen we tot in de perfectie. Meer en meer scheren we daarbij langs de randen van wat mogelijk is. Zolang het kader, waarbinnen dit alles zich afspeelt, min of meer stabiel is, gaat het goed. Maar verandert die context ook maar een beetje, dan worden we meteen met de gevolgen daarvan geconfronteerd. Denk aan de coronacrisis. Nederland heeft een goed functionerend gezondheidssysteem met een efficiënt opgezette IC, die onder normale omstandigheden uitstekend zijn werk doet. Totdat het coronavirus de context op z’n kop zette en we al snel tegen de grenzen van wat binnen dit systeem mogelijk is, aanliepen.
Technische mogelijkheden
Met het water is het precies zo. Mensen vanuit het buitenland kijken hun ogen uit als ze zien hoe we hier het water onder controle hebben. Alarmfases voor stormen resoneren in Nederland, het land dat vroeger deels vanuit het water veroverd moest worden, al lang niet meer, zoveel vertrouwen hebben we in onze zeeweringen en in de technische mogelijkheden die er zijn en volop worden benut om het water buiten te houden.
Al vele honderden jaren lang pompen we water weg vanuit die gebieden waar er teveel is. En nu het klimaat verandert, doen we er ook steeds meer aan om water vast te houden op de plekken waar we het later tekort kunnen komen. Tegelijkertijd wordt de vraag naar water in ons steeds dichter bevolkte land en in onze almaar verder groeiende economie groter en groter. Hoe klein Nederland ook is, we hebben in de loop van de tijd een landbouw weten op te bouwen die zo geavanceerd is dat Nederland op wereldschaal tot een absolute grootmacht op dit terrein is uitgegroeid. Ook dit beheersen we tot in perfectie.
Context verandert
Het ging allemaal goed, omdat de context waarbinnen we het deden redelijk stabiel was. Maar dat is veranderd. Alles wijst erop dat we voor de 4e keer in 5 jaar tijd met een grote droogte te maken krijgen. Een droogte die nu al problemen veroorzaakt, nog maar twee maanden na de zeer natte winter waar we uit kwamen.
In de winter hadden we het perfect onder controle. Daar waar er water teveel was, werd het weggepompt, waarbij met een schuin oog ook al naar een droge lente werd gekeken. Ook in Brabant, waar de eerste maatregelen nu van kracht zijn. Maar het systeem blijkt niet meer opgewassen tegen de context van nu. Een context waarin grote uitersten, die alle kanten opgaan, dicht op elkaar kunnen voorkomen. De grote afhankelijkheid van het weer van onze geavanceerde samenleving laat zich gelden. We moeten aan de slag.
Prioriteiten
Op nieuwssites zag je de discussie de afgelopen dagen al losbranden. Hoe moet het verder met het water in Nederland? Waar liggen de prioriteiten? Hoe kunnen we de drinkwatervoorziening veiligstellen terwijl ook de landbouw en de natuur aan hun trekken blijven komen. Hoe houden we het grondwater op peil? Hoe houden we het zoute water van zee buiten? En hoe creëren we nieuwe plekken om water vast te houden, zonder onze mogelijkheden het land droog te houden als wel hard regent geweld aan te doen? Het zijn de typisch Nederlandse discussies. Ze zullen altijd terugkomen. Met onze inventiviteit zullen we er vast ook weer in slagen om aan de nieuwe context een invulling te geven. Want hoe geavanceerde de samenleving ook, we blijven toch steeds afhankelijk van het weer.