Foto gemaakt door Annemiek Snell - Oosterhout
Foto gemaakt door Annemiek SnellOosterhout
Nu

Toename zonneschijn houdt weinig verband met frequentere zuidenwind

De zonnigste jaren zijn vrijwel allemaal van de laatste 20 jaar. Een duidelijke trend in de toename van het aantal zonuren heeft een sterkere relatie met veranderingen in de bewolking dan veranderingen in de windrichting, laat onderzoek van het KNMI zien.

Meer zon dan vroeger

Sinds de jaren tachtig laat de hoeveelheid zonuren een stijgende trend zien van gemiddeld 3,3% per decennium. In de lente is deze stijging van de het grootst met 4,2% per decennium. In de winter is de toename een stuk kleiner met 0,5%.

De trend in de toename van de zonneschijn in Nederland, aangegeven per seizoen. Bron: KNMI

In de laatste 25 jaar daalde het totaal aantal zonuren per jaar niet onder de 1600 uur in De Bilt. Daarvoor was het juist een maximale grens en lag de jaarlijkse som aanzienlijk lager. Dit jaar begon uitzonderlijk zonnig en is hard op weg om het tweede zonnigste jaar ooit gemeten te worden – net onder recordjaar 2022 dat 2209 zonuren in De Bilt opleverde. Gemiddeld over de vijf hoofdstations telde dat jaar 2233 zonuren, 25% meer dan gebruikelijk in het ‘vorige’ klimaat. Het was een uitschieter, maar wel een die in deze tijd makkelijker voorkomt

Schonere lucht en minder lage bewolking

Een toename in zonnestraling heeft onder andere te maken met een verminderde luchtvervuiling. Vanaf de jaren tachtig zijn Europese milieuwetten ingevoerd die hebben gezorgd voor een verbeterde luchtkwaliteit in Europa. De lucht is schoner en helderder met minder vervuilende deeltjes, wat het resultaat heeft dat minder zonnestraling weerkaatst en geabsorbeerd wordt. Des te minder van de inkomende straling op zijn route wordt verstoord, des te meer zonlicht aan de grond gemeten wordt.

Een andere oorzaak van de stijgende trend is een afname in de bewolking op lage hoogte. Lage wolken zijn dikker en reflecteren meer van de inkomende zonnestraling. Als deze wolken structureel minder voorkomen, is het een blijvend effect dat meer zonlicht het aardoppervlak bereikt. Gemiddeld zijn de wolken dunner geworden, een verandering die bijdraagt aan de waargenomen groei in zonuren.

Wind uit het zuiden neemt toe

Sinds 1980 komen windrichtingen uit het zuiden en zuidwesten vaker voor (respectievelijk +2,5% en +1,2%). Tegelijkertijd is het aandeel van de westenwind afgenomen (-2%). In het grote plaatje is de zuidwestenwind veruit het meest voorkomend, met bijna 30% van de dagen.

De frequentie van de verschillende windrichtingen en de veranderingen sinds 1981. Bron: KNMI

De hoeveelheid zonnestraling hangt af van de windrichting in de lente en zomer. In de herfst en winter maakt de windrichting minder uit, maar dit zijn toch al seizoenen die minder zon zien. Gemiddeld geeft een wind uit het noordoosten of oosten de meeste zonnestraling omdat dit vaak gepaard gaat met de aanvoer van drogere lucht, dalende luchtbewegingen en minder wolkenvorming. Wind uit een westelijke richting voert vochtigere lucht aan en gaat vaak gepaard met lagedrukgebieden die stijgende luchtbewegingen en wolkenvorming bevorderen.

Zonuren volgen niet uit de wind

Een observatie van zowel een toename in de zuidwestenwind als in de hoeveelheid zonuren lijkt niet met elkaar te rijmen. Dit kan alleen als de windrichting niet de bepalende factor is in de zonneschijn. Een toename in de zuidenwind heeft waarschijnlijk niet bijzonder veel bijgedragen aan de trend in de zonuren, ondanks dat een zuidenwind in de zomer kan leiden tot hittegolven met (langdurig) zonnig weer. Uit de analyse van het KNMI blijkt dat de zuidenwind geen groot aandeel heeft op de gemiddelde zonnestraling ten opzichte van wind uit het oosten. De windrichtingen die drogere en heldere lucht aanvoeren, zoals het oosten en zuidoosten, zijn juist wat afgenomen sinds de jaren 80.

Een stijgende trend in de zonnestraling komt niet zonder gevolgen. Meer zon betekent ook meer verdamping en risico op verdroging. Brandgevaar in de zomer neemt daardoor toe en gewassen kunnen hinder ondervinden. Aan de andere kant brengen zonnepanelen meer energie op in een jaar met veel zonuren. Het begrijpen van de toename is daarom belangrijk.