Foto gemaakt door Sandra Eliazer - Duivendrecht
Foto gemaakt door Sandra EliazerDuivendrecht
Nu

Het was een warme en bovengemiddeld zonnige zomer

Met het afsluiten van de augustusmaand is ook de zomer van 2025 officieel ten einde. Het was een seizoen dat verschillende emoties opriep wat betreft een “geslaagde zomer”. In cijfers ziet het er niet slecht uit. Sterker nog, de zomer komt als geheel vrij warm, droog en zonnig uit de bus. Dat er een koelere en sombere fase tussen zat, nemen we maar voor lief. Aan de natuur is niet voor niets goed te zien dat het een sterk verdrogend seizoen is geweest.

Augustus ook zonnig en droog

Met een gemiddelde temperatuur van 18,2°C in De Bilt was het wat warmer dan de klimaatnormaal van 17,9°C, welke is berekend over de periode 1991-2020. Dit heeft vooral te maken met een hittegolf halverwege de maand, die op sommige plaatsen tot 9 dagen duurde. Augustus telde 8 zomerse dagen (maximumtemperatuur >25°C), waarvan 3 tropische dagen (maximumtemperatuur >30°C). Op 29 dagen werd het warmer dan 20°C. De koude nachten van 24 en 25 augustus vallen extra op in deze overwegend warme maand.

De maand verliep erg zonnig, met gemiddeld over het land 240 zonuren. Normaal is dit 205 uur. Het zuidwesten zag de meeste zon. Ook was het overwegend droog en viel er gemiddeld over het hele land slechts 35 mm neerslag tegen normaal 83. De meeste regen viel in het midden tot noordwesten, terwijl het oosten en zuiden een stuk droger bleven. Het grootste deel van het land onderging vanaf 7 augustus een periode van twee weken zonder noemenswaardige neerslag.

De zomer als geheel

Na een warme en zonnige juni, maar ook een juli en augustus die gemiddeld aan de warme, zonnige en droge kant waren, is het geen verrassing dat de zomer er erg goed uit komt. Met een hogere temperatuur, meer zonneschijn en minder neerslag dan een gemiddelde zomer, was het vaak prima zomerweer.

De gemiddelde temperatuur van de zomer komt uit op 18,5°C en het is daarmee de vierde warmste zomer sinds het begin van de metingen. Er zijn in De Bilt 29 zomerse en 8 tropische dagen geweest, wat meer is dan het langjarig gemiddelde van 22 zomerse en 5 tropische dagen. Bijna alle tropische dagen vielen binnen de twee hittegolven.

Gemiddeld over het land werden 755 zonuren gemeten tegen normaal 641 uur. Ook was het erg droog met gemiddeld 155 mm neerslag tegen normaal 224 mm. Dit halfjaar bewijst hardnekkig zonnig en droog: vanaf 1 januari gemeten ligt de zonneschijn in De Bilt ruim 400 uur boven het langjarig gemiddelde en de neerslag 200 mm beneden dit gemiddelde. Het is een beeld dat goed past binnen het langzaam veranderende klimaat.

Golvende warmte

De zomer van 2025 werd, net als de lente, gekenmerkt door langere stabiele periodes van eenzelfde weertype. Een bochtige straalstroom bracht blokkerende warmbloedige hogedrukgebieden naar Europa. Hierdoor was het regelmatig dagenlang of zelfs wekenlang warm en zonnig met weinig wind. Tussendoor waren er kortere wisselvallige periodes waar de temperatuur meer gematigd bleef en bewolking de overhand had. We zagen vaak een golvend patroon van gematigde een paar dagen naar (zeer) warm weer.

Serieuze droogte

Door de geringe neerslaghoeveelheid liep het landelijk gemiddelde neerslagtekort op van 200 naar 260 mm. Het droogteseizoen van 2025 behoort al het hele jaar tot de 5% droogste jaren. Er zit wel een duidelijk ruimtelijk verschil in het neerslagtekort. In het zuidwesten ligt het tekort rond de 400 mm, maar in het uiterste noordoosten is dit minder dan 100 mm. Door het buiige karakter van de zomerse neerslag geven buien vaak alleen lokaal verlichting van de droogte.

Groningen en Limburg de meeste onweer

De keerzijde van de stabiele luchtdrukverdelingen is het geringe aantal onweersdagen. Sinds 1 juni kwam het maar een paar keer tot grootschalig onweer, en bleef het vaak bij lokale of regionale buien. In juni waren er 10 dagen met onweer ergens in Nederland, in juli 15 en in augustus 7. Opvallend is dat het in het noordoosten en zuidoosten relatief vaak tot onweer kwam, terwijl daar doorgaans de minste onweersdagen voorkomen. In een strook van Noord-Brabant tot aan Overijssel, dus grofweg het midden van het land, waren dit jaar weinig onweersbuien te bekennen.