Deelen KNMI toch record warm op 25 juli 2019 met 43 graden! Deel 2
Vandaag op de laatste dag van juli 2025 blikken we nogmaals terug op de gedenkwaardige 25 juli 2019. De dag waarop het op maar liefst acht KNMI stations 40 graden of meer werd.De dag ervoor werd met 39,3 graden te Eindhoven KNMI het oude Nederlandse temperatuurrecord uit 1944 met ruim een halve graad (Warnsveld 38,6 graden) verbroken.
Op 26 juli overigens (the day after) werd het te Volkel KNMI bij Uden in Noordoost-Brabant nog even 40,1 graad. Al met al bestond deze super hittegolf dus uit drie opeenvolgende dagen met buitenissig hoge maxima rond de magische 40 graden.
Een unicum en ‘’het kan nog jaren duren voordat en weer zo’n thermisch exces optreedt’’, zei ondergetekende op Twitter destijds.
Nu, ruim zes jaar later is de bewuste kaap van 40 graden nog steeds niet gehaald of overschreden.
Absurd temperatuurverloop bij Deelen op de Veluwe
Het meest in het oog springend op 25 juli 2029 was het absurde temperatuurverloop te Deelen KNMI op de Veluwe. De temperatuur steeg er binnen een mum van tijd van bijna 36 naar maar liefst 42.9 graden.
De primaire reactie van met name meteorologen bij dit soort anomalieën is er dan altijd een van ongeloof. Een manco in de elektronische temperatuuroverdracht, of een defect van de sensor ligt dan voor de hand doorgaans. Soms doen zich namelijk dergelijke storingen voor op KNMI posten.
Technisch niets mis met de temperatuurmeting
In dit zeer specifieke geval bleek -na uitgebreid onderzoek achteraf- dat er technisch gezien niets mis was. De sensor van het temperatuurelement functioneerde net als anders en de vermaledijde 42.9 graden werd dus echt gemeten.
Het KNMI in de Bilt kwam al met al met de conclusie naar buiten dat een niet-natuurlijke oorzaak debet was aan de heel forse uitschieter naar boven. Welke oorzaak dat was is vooralsnog niet bekend.
Moedwillige invloed van buitenaf
Dus de kans dat iemand ter plekke de temperatuur moedwillig heeft willen beïnvloeden (door middel van een vlammenwerper bijvoorbeeld) zou aanwezig kunnen zijn. Een medewerker op de vliegbasis heeft die dag evenwel geen vreemde dingen gezien in en rond het operationele meetveld. Vliegbewegingen in de buurt van de meetlocatie (die weerduider Gerrit Hiemstra nog even suggereerde) of maaiactiviteiten worden uitgesloten.
Zelf denk ik dat er wel een natuurlijke oorzaak ten grondslag ligt aan de bijna onwerkelijke 43 graden te Deelen.
Ter staving van deze uit de band springende temperatuur op ooghoogte (officiële waarnemingshoogte) is er ook nog een illustratie van het temperatuurverloop op 10 centimeter hoogte. Deze grondtemperatuur vertoonde gelijke tred met de waarde op ooghoogte.
Dit gegeven laat ogenblikkelijk zien dat een ‘exogene’, door een menselijke (moedwillige) actie van buitenaf geïnitieerde verstoring vrijwel onmogelijk is.
Wanneer iemand zich met een externe warmtebron direct richt (als voorbeeld nog even die 'zogenaamde' vlammenwerper) op de ronde thermometerhut (radiation shield) op anderhalve meter hoogte, is het nagenoeg onmogelijk om de temperatuurunit op 10 centimeter hoogte ook dusdanig te manipuleren dat beide temperatuurprofielen min of meer gelijke tred houden in hun tijdelijke ‘opleving’.
Een iets grotere bel met extra warme lucht moet dus gedurende enige tijd aanwezig zijn geweest rondom de meetunit. We hebben het hier over een tijdspanne van ongeveer een half uur. Iemand die kattenkwaad zou willen uithalen, gaat niet een half uur lang met een externe warmtebron in de verzengende Hollandse hitte naast een KNMI weerhut staan enfin.
Bijna 43 graden past in landelijk temperatuurbeeld
Ten tweede voer ik het (bijna huis-tuin-en keuken) argument aan dat de opgetreden bijna 43 graden helemaal geen uitzonderlijke afwijking was ten opzichte van de record temperaturen elders in het land. Als we die 42,9 graden afzetten tegen de bijna 41 graden die dezelfde middag werd opgetekend bij Tilburg (Gilze KNMI), is ineens sprake van een veel genivelleerder plaatje dan wanneer we die 42.9 beschouwen als een ‘standalone’. Ook dit gegeven pleit in feite weer voor een natuurlijke oorzaak die het kwik uit de band deed springen.
Op het meetterrein te Deelen staat ook nog een back-up station dat de schier onverklaarbare, extreme temperatuurstijging niet optekende. Een plausibel argument voor de KNMI onderzoekers om uit te gaan van een niet-natuurlijke oorzaak van de warmte-explosie op het hoofdstation dat 100 meter verderop ligt. En juist die ligging op honderd meter afstand van de echte hotspot is interessant. Hierover zo meer informatie.
Uitgerekend op heetste dag ooit een onverklaarbaar verloop
En dan nog dit. Waarom trad uitgerekend op deze historische 25 juli 2019 zo’n enorme temperatuurafwijking op te Deelen KNMI?
Er zijn (vooral deze eeuw) veel dagen geweest waarop het extreem warm werd in het land en niet in de laatste plaats op het toch al warmtegevoelige Deelen. Waarom verliepen de opgetekende temperatuurbewegingen toen allemaal vlekkeloos en lineair?
Nooit was er sprake van een vreemd temperatuurverloop op de dagen dat het minimaal 36 tot bijna 38 graden werd op de Veluwe.
Ook dit gegeven pleit voor het idee dat zich op de bewuste 25 juli 2019 een unieke natuurlijke (natuurkundige) situatie voordeed.
Uitgebreide onderzoeken leverden bruikbare informatie op
In tegenstelling tot de meeste (seniore) meteorologen, zeker die in de Bilt, die veelal een exacte, klinische (academische) studie volgden en meestal model technisch redeneren, is ondergetekende meer een onderzoeker in het vrije veld en bovenal iemand uit de praktijk. Uitgebreide thermometrische onderzoeken in de hete (en niet zelden ook ijskoude) duinen van Noord-Holland in de dynamische jaren tachtig van de vorige eeuw, leverden een schat aan bruikbare temperatuurinfo op.
Wellicht kennen we het soms bizarre temperatuurgedrag boven een verse sneeuwlaag en zeker als daar een portie continentaal arctische lucht achteraan komt en de wind ook nog eens wegvalt tijdens felle uitklaringen.
Bizar temperatuurgedrag zowel bij hitte als koude
In januari 1985, februari 1991 en wat recenter in februari 2012 waren er een paar nachten met zo’n deftig sneeuwtapijt in Nederland (dat in het infrarood gitzwart kleurt) en dus intens kan uitstralen tegen een wolkeloos zwerk en dientengevolge enorm afkoelt.
Bekend is dat er dan extreem grote temperatuurverschillen kunnen ontstaan op zeer korte afstand en vooral binnen een heel kort tijdsbestek. Zo zijn er praktijkgevallen bekend waarbij de temperatuur binnen vijf minuten maar liefst 6 graden daalde op een bepaald KNMI station. Van -3 naar -9 binnen pakweg 5 minuten.
Zelf ervoer ik zo’n intense temperatuurval in de late avond van 3 februari 2012. Op de A9 richting Alkmaar was het enige tijd lang -14 graden rond de klok van 23 uur. Bij de afslag naar rechts richting Schermerhoorn daalde de temperatuur prompt (binnen een halve minuut) naar bijna -20 graden in een dikke bank ijsmist waarbij het zicht subiet terugliep naar een meter of twintig.
Dus in situaties met een behoorlijke -zogenaamde- kou-advectie, kan de temperatuur rare bokkensprongen maken. Het omgekeerde proces kan zich ook uitgerekend voordoen in situaties met zeer warme lucht present en daarmee komen we denk ik een stuk dichter in de buurt van het Deelense temperatuurmysterie.
Uitgebreide thermische onderzoeken in de Kennemerduinen destijds, leverden frappante resultaten op, die min of meer aansluiting vonden bij de bevindingen toentertijd van prof. dr. M. Minnaert, die het driedelige werk 'de natuurkunde van 't vrije veld' schreef meer dan een halve eeuw terug.
Zo bleek dat zich (separate) extreem warme bellen lucht op enkele meters boven verhitte zandgrond (tijdens hete en zonnige zomerdagen) kunnen manifesteren op zeer lokaal niveau, terwijl het op nog geen 30 of 50 meter ter weerszijde van deze hotspots aanmerkelijk minder warm wordt. De praktijk toonde me toen al aan dat mega verschillen van 3 tot 5 graden binnen nog geen vijftig meter afstand tot de mogelijkheden behoorde.
Conclusie: Deelen KNMI had echt 43 graden op 25 juli 2019.
Het sterke vermoeden is dan ook dat Deelen KNMI met een soortgelijke situatie te maken had op 25 juli 2019.
Door de extreem warme condities boven het zeer hete zandige landschap, werd(en) een bel (of bellen) lucht gesensibiliseerd om op te warmen tot een belachelijk hoge temperatuurwaarde(n). Dat het een zeer lokaal fenomeen was bleek wel uit het feit dat het back-up station op honderd meter afstand, de excessieve warmtepiek volledig miste.
De conclusie is mijns inziens dat een niet-natuurlijke oorzaak nooit mag worden uitgesloten.
Er is een gerede kans dat er toch een natuurlijk, meteorologisch proces is geweest dat de allerhoogste landelijke temperatuur ooit in Nederland heeft gefaciliteerd. Hierbij declameer ik dus nog steeds dat niet Gilze Rijen KNMI met 40.7 graden de hoogste temperatuur ooit was in Nederland, maar de behoorlijk valide waarde van 42,9 graden te Deelen KNMI.
Hieronder het temperatuurverloop te Deelen op 25 juli 2019. Zeer opvallend is de ferme piek van koud een half uur in een overigens keurig lineair lopende temperatuurcurve.

Bron: Meteorologica