'Wat wordt het al vroeg donker zeg!'
Je hoort het aan alle kanten deze dagen: 'Sjonge wat is het al weer vroeg donker!' Dat komt niet alleen door plensbuien waarbij de lichten in huis al zowat aan moeten. In deze tijd van het jaar gaat het ook echt hard achteruit met de daglichtperiode.Nee, we gaan het nog niet over winterzonnewendes hebben, en ook het verzetten van de klok naar wintertijd duurt nog een hele tijd. Maar langzaam maar zeker is Nederland aan het overschakelen op herfst. Het weer zelf lijkt zich nog niet helemaal over te geven, want er komt vanaf het weekend nog een hele fraaie periode aan. De komst van een nieuw seizoen gaat nu eenmaal met horten en stoten.
Maar ondertussen gebeurt er iets anders, met juist heel veel regelmaat. De laatste tijd merk je heel goed dat de avonden steeds korter worden. De lichten moeten binnen al weer steeds aan, op de sportvelden heb je ze ook al weer een tijdje nodig, de vroege vogels onder ons worden alweer in het donker wakker. Aan alle kanten hoor je mensen verzuchten hoe vroeg het al weer donker is. Dat het af en toe flink bewolkt is, helpt natuurlijk ook niet. In een goeie regenbui wordt het soms midden op de dag al half donker. De steeds latere zonsopkomst valt nu misschien nog wat minder op, omdat het gros van de mensen nog (net) niet in het donker wakker wordt. Maar ook dat zal niet lang meer duren.
Waarom juist nu?
Zoals je waarschijnlijk weet ligt de langste dag van het jaar, 21 juni, al weer ver achter ons. Sindsdien zijn de dagen dus al korter aan het worden. Toch hebben we daar maandenlang weinig van gemerkt. Het was zomer, soms was het hartstikke lekker weer, en ons ritme was eventjes helemaal anders. Maar daar lag het niet alleen aan; er was ook daadwerkelijk nauwelijks iets van te merken. Want in het begin van de zomer, dichtbij die kortste dag, is het verlies van daglichttijd soms maar een paar seconden per dag.
Tollen
Als je een grafiekje zou tekenen van hoeveel daglicht je in de loop der tijd verliest, zou dat geen rechte lijn zijn. Dat heeft te maken met de baan van de aarde om de zon, én met het feit dat de aarde een beetje schuin staat. Je kunt het zien als een tol, die soms grotere, en soms kleinere rondjes draait. Gedurende de zomermaanden worden de sprongetjes waarmee de zonsondergang eerder komt, en de zonsopgang later, steeds een beetje groter. Dat duurt nog tot 23 september.
Half uur per week, twee uur per maand
Vandaar dat het nu zo hard gaat, en het ook zo opvalt. Bijvoorbeeld: vanmorgen kwam de zon op om 6.47 uur (in Utrecht). Iets daarvoor wordt het natuurlijk al een beetje licht. Vanavond gaat ie weer onder om 20.32 uur, en een half uur later is het echt wel donker. Dat maakt dat de daglichtperiode vandaag 13 uur en 45 minuten duurt. Vergelijk je dat met volgende week woensdag, dan zie je dat de zonsopkomst om 6.59 uur is en de zonsondergang om 20.16 uur, wat een daglengte van oplevert van 13 uur en 17 minuten. Zo is er in een week tijd dus al bijna een half uur van ons daglicht afgesnoept. Zo hard gaat het dus. In de hele maand september verliezen we zelfs bijna twee uur (1 uur 55 minuten) aan daglicht, als je de ochtend en de avond samen neemt.
Die steeds snellere verkorting van de dagen gaat nog door tot 23 september. Dat is tevens de start van de herfst. Daarna verliezen we nog steeds elke dag een beetje licht, tot de kortste dag op 21 december, maar dan worden de stappen weer steeds kleiner. Dan kunnen we er even rustig aan wennen.