Foto gemaakt door Kees Jak - Westzaan - Nog zitten we middenin een zomermoesson, maar het einde ervan spreekt zich rond. Is het lijden vanaf midden volgende week inderdaad geleden?
Foto gemaakt door Kees JakWestzaanNog zitten we middenin een zomermoesson, maar het einde ervan spreekt zich rond. Is het lijden vanaf midden volgende week inderdaad geleden?
Nu

Einde aan lange zomerdip eindelijk in zicht?

De weerspreuk zegt niet voor niets dat er na regen weer zonneschijn komt. Hoe vast een weerpatroon soms ook lijkt te zitten, er komt – vroeg of laat – altijd weer verandering. Want: niets is tenslotte zo veranderlijk als het weer. Ook dat zegt de weerspeuk.

Veranderingen in het weer komen soms zomaar uit de lucht vallen. Ook komt het voor dat je ze lang van tevoren ziet aankomen. Vaak hoort daar een grootschalige verandering in de drukverdeling bij. Het gebeurt ook dat een eenmaal aangekondigde weersverandering er toch niet komt. Omdat de atmosfeer zich uiteindelijk bedenkt.

Maken en breken

Aankondigingen van grootschalige weersveranderingen op de lange termijn kunnen je als meteoroloog maken, mits ze ook daadwerkelijk uitkomen. En ze kunnen je breken, als de verandering die je hebt aangekondigd, uiteindelijk toch niet doorgaat.

Ik herinner me nog het najaar van 2008. Het moet rond 17 december zijn geweest. Het weer in Nederland was nog zacht. Een westcirculatie op de Oceaan stuurde steeds fronten met regen en wind onze kant op. Af en toe zat er een betere dag tussendoor. Toch kondigde zich op de toen verre, lange termijn een weersverandering aan. Het patroon zou vrij drastisch wijzigen, uitlopend op een naar oost draaiende wind, precies tijdens de kerstdagen. En heel specifiek zou de vorst op Tweede Kerstdag invallen, om daarna een tijdje te blijven.

Schaatsen kopen

Terwijl de weersverandering nog ver weg was, hoorde ik in Nijmegen, waar we op dat moment rondliepen, een moeder vertellen dat ze met haar dochter naar de sportzaak was geweest, om schaatsen te kopen. Want het zou vanaf de kerstdagen gaan vriezen. Het sprak zich al rond, sommige waren hun voorbereidingen alvast aan het treffen.

Tien dagen later, op tweede kerstdag, liepen we bij de Bisonbaai in de Ooijpolder bij Nijmegen. Er waaide een koude oostenwind en de temperatuur was net een beetje onder nul gedaald. Bij het riet zag je de eerste ijsvliesjes ontstaan. Een paar dagen later stonden we inderdaad op de schaats. Wat eerst een lange termijnverwachting was, was toen een feit. Voor meteorologen is dat een mooi moment. Het geeft vertrouwen in je vak.

Koude winter, die zacht werd

Andersom gebeurt het ook. Zo kondigde ik in mijn winterverwachting voor 2022 een koude winter aan, met vooral later in de winter kans op langdurig winterweer. Daarbij trok ik een parallel met drukpatronen, zoals die ook in de strenge winter van 1962/1963 (misschien we de grootste winter van de vorige eeuw) te zien waren geweest. Hier ging het helemaal fout. Na een nog hoopvol begin in december, met een tijdje lange termijnkaarten die precies lieten zien wat ik verwachtte, besloot de atmosfeer het toch over een andere boeg te gooien en volgde een zeer zachte winter. Een flinke portie hoon was hierna mijn deel.

Inmiddels zitten we in een zeer tegenvallende zomerperiode, waarvan het einde al flinke tijd op zich laat wachten. Maar dat einde spreekt zich al wel rond. En ook nu ligt het tijdstip van de verwachte weersverandering nog ver vooruit in de tijd. We hebben het over de periode vanaf 11 augustus. Ineens lijkt dan een einde aan het wisselvallige weer te komen, duikt een hogedrukgebied in onze omgeving op, verlaat de wind eindelijk de westhoek en zien we de temperaturen, zowel hoog in de atmosfeer als op leefniveau flink oplopen. Mocht dit echt zo uitkomen, dan is het lijden voorbij. En mogen we op zomerweer hopen.

Grootschalige verandering op komst?

Dit eerste vraag is dan natuurlijk of het hierbij ook echt om een verandering in het grootschalige weerpatroon gaat? Want juist die grootschalige veranderingen kunnen weermodellen vrij goed zien aankomen en ook redelijk ver van tevoren.

De beweging, die achter deze inderdaad grootschalige verandering zit, is de opbouw van een hogedrukgebied boven het poolgebied. Zodra dat er is, worden de lagedrukgebieden bij ons, die op de Oceaan een westcirculatie in stand houden, naar het westen geduwd. Hierdoor kantelt boven Noordwest-Europa de stroming in de bovenlucht van west naar zuidwest tot zuid. En kan zich in onze omgeving een hogedrukgebied opbouwen. Een hogedrukgebied dat door het wegvallen van de westcirculatie ook langer kan blijven liggen.

Goed vooruitzicht

Dit is precies wat de modellen in hun berekeningen later volgende week laten gebeuren. De vraag is dan nog wel hoe dat hogedrukgebied precies komt te liggen. Blijft de wind aan de grond westelijk, of draait hij naar meer oostelijke richtingen? Van het antwoord op die vraag zal afhangen in hoeverre het bij ons echt zomerweer zal kunnen worden. Maar de kans op een (voorlopig) einde aan het wisselvallige en uiterst koele weer van dit moment, in de tweede helft van volgende week, lijkt aanzienlijk. Het vooruitzicht dat het dan veel vaker droog zal zijn, met meer zon en hogere temperaturen, maakt het verwerken van de laatste dagen met (erg) wisselvallig en koel weer misschien ook net wat makkelijker.

Reinout van den BornChef Redactie