Vogels hadden zwaar te lijden van historische sneeuwstorm in Spanje
Het is alweer bijna 2 jaar geleden dat sneeuwstorm Filomena grote delen van Centraal- en Oost-Spanje tot stilstand bracht, maar de meeste Spanjaarden zijn deze uitzonderlijke periode nog niet vergeten. En nog altijd worden nieuwe feiten bekend. Zo is nu bijvoorbeeld een onderzoek verschenen dat laat zien hoe groot de invloed van de storm van toen is geweest op de stand van een aantal vogelsoorten in het getroffen gebied.Voordat we daar meer over vertellen, is het misschien goed om eerst nog even het geheugen op te frissen. Filomena was een lagedrukgebied dat in een aantal dagen tijd, grofweg tussen 6 en 10 januari 2021, over Spanje naar het noorden trok. Dat gebeurde in het grensgebied van heel koude lucht vanuit het noorden en heel warme en vochtige lucht vanuit het zuiden. Die botsing had tijdens de passage van het lagedrukgebied extreme weersverschijnselen tot gevolg. Zo kwam het tot extreme sneeuwval, hele gebieden raakten van de buitenwereld afgesloten en mensen kwamen soms uren lang in hun auto’s vast te zitten.
Eén groot gevecht tegen de sneeuw, was het, in het oosten, midden en noorden van Spanje. Op veel plaatsen sneeuwde het soms 48 uur achter elkaar door en in een brede strook, vanuit het zuidoosten tot over de centrale delen van Spanje (inclusief de regio van Madrid) viel op veel plaatsen tussen 35 en 50 centimeter. Het was daarmee de zwaarste sneeuwval sinds maart 1971, toen zich een vergelijkbare situatie voordeed.
Desolate beelden
Omdat de strooidiensten en sneeuwploegen – in een land waar het alleen regionaal af en toe tot sneeuwval komt, maar niet op de grote schaal van toen – niet tegen de almaar groeiende noodsituatie waren opgewassen, liep het steeds meer uit de hand. Vele honderden wegen, zowel van het hoofdwegennet als het secundaire, werden in de loop van de tijd voor het verkeer afgesloten. En dan nog stonden honderden automobilisten vast om vergeefs op hulp te wachten. De hulpdiensten konden er eenvoudigweg niet bij. Er zat vaak niets anders op dan de auto’s maar achter te laten en te voet verder te gaan. Het leverde desolate beelden op van ondergesneeuwde wegen met, kriskras door elkaar heen, verlaten auto’s erop die ook onder de sneeuw werden begraven.
In bewoonde gebieden was de situatie al niet veel beter. Ook hier werden de meeste straten gaandeweg de tijd onberijdbaar. Sneeuwschuivers deden wat ze konden, maar meestal was er geen beginnen aan. Ook in de steden bleven veel auto’s in de sneeuw steken en werden achtergelaten. Op veel plaatsen werd het verkeersbeeld van een bepaald moment gewoon ingevroren. Alles stond er lange tijd door elkaar heen: auto’s, bussen en vrachtwagens.
Politie grijpt in bij sneeuwballengevechten
In de stad Madrid kwam een laag van 25 tot 30 centimeter te liggen, in de voorsteden aan de zuid- en oostrand zelfs tussen 35 centimeter en een halve meter. Veel bomen in de parken en de straten konden het gewicht van de sneeuw niet aan en vielen om of er braken grote takken spontaan vanaf. Het was gewoon gevaarlijk om door die straten te lopen. In Madrid hadden de autoriteiten de vijf miljoen inwoners ook gevraagd om zoveel mogelijk binnen te blijven. De mensen hielden zich daar niet aan. De sneeuw werd vaak met vreugde begroet en dit buitenkansje om – zelfs middenin Madrid waar het bijna nooit sneeuwt – sneeuwpoppen te maken en sneeuwballen te gooien, lieten velen zich niet ontnemen. Op sommige pleinen liepen de sneeuwballengevechten, waaraan soms 70 mensen deelnamen, dusdanig uit de hand dat de politie enkele keren moest ingrijpen.
De sneeuw maakte sommige Madrilenen nogal melig:
Er viel zoveel sneeuw dat de stad over de weg, over het spoor en via de lucht op een gegeven moment niet meer bereikbaar was. Alleen de metro reed nog. Veel erger was dat de toegangen van ziekenhuizen in de stad geblokkeerd raakten en het vervoer van zieken vrijwel stil kwam te liggen. Ook Madrid wordt zwaar getroffen door de pandemie dus werd met en macht gewerkt om de ziekenhuizen weer bereikbaar te maken. Na de sneeuw volgde een historische koudegolf, die nog tot ongeveer 19 januari duurde. Daarna was het voorbij.
Vogels reageerden heftig op extreme weer
Tijdens en na de winterperiode is vooral in Centraal-Spanje onderzoek gedaan naar hoe verschillende vogelsoorten op het extreme weer reageerden. Zes soorten werden gevolgd: de kievit, de leeuwerik, de bergleeuwerik, de veldleeuwerik, de graspieper en de grauwe gors. Vijf van de zes soorten bleken voor de sneeuw en de kou op de vlucht te gaan, vooral omdat de dikke sneeuwlaag het onmogelijk maakte om nog voedsel te vinden.
De kievit en de graspieper bleven in de periode daarna ook weg, de leeuwerik, de veldleeuwerik en de grauwe gors keerden weer terug, soms maar tijdelijk. Voor de bergleeuwerik lijkt de periode met sneeuw en kou nog een stuk ernstiger te zijn verlopen. Volgens de onderzoekers is de populatie van deze vogel in het gebied waar de winter heerste gedecimeerd. Ook het op veel plaatsen (tijdelijk) vrijwel geheel verdwijnen van Duponts leeuwerik wordt door Spaanse onderzoekers met het koude weer in verband gebracht.
Volgens de onderzoekers laten de uitkomsten van het onderzoek zien dat niet alleen de veranderingen in het klimaat, maar ook extreme weersgebeurtenissen grote invloed kunnen hebben op de populatie van voor het weer kwetsbare vogelsoorten.
Zo erg was het in Spanje
Bekijk hieronder de ongekende beelden van januari 2021, of lees het verhaal over hoe Spanje volledig tot stilstand kwam.