Foto gemaakt door Marina Nefkens - Vijlen, januari 2021 - Zuid-Limburg heeft net iets betere papieren dan de rest van het land.
Foto gemaakt door Marina NefkensVijlen, januari 2021Zuid-Limburg heeft net iets betere papieren dan de rest van het land.
Nu

Geen sneeuw, geen wonder!

Triest, treurig, een tegenvaller: als Nederlandse liefhebber van sneeuw kom je deze winter weer eens bedrogen uit. ‘Een winter van niks’. Maar als je het eens van een andere kant bekijkt, is dat helemaal niet vreemd.

Die andere kant, dat is vooral van boven. Op een heel mooi kaartje van het Amerikaanse weerinstituut NOAA (National Oceanic and Atmospheric Administration) zie je in hoeverre het noordelijk halfrond op het moment bedekt is met sneeuw. En op dat kaartje valt iets op. Zo’n beetje de enige plek die niet wit is, is West-Europa. En op hetzelfde kaartje zie je ook meteen waarom.

40ste graad

Scandinavië, Rusland, Canada: de usual suspects zijn weer vrijwel helemaal wit gekleurd. In de Verenigde Staten valt het nog mee, maar dat sneeuwt de komende dagen nog aardig dicht. Ongeveer alles boven de 40e breedtegraad – je ziet hem horizontaal door de Verenigde Staten lopen – ligt onder de sneeuw. Ook aan de andere kant, waar hij door het noorden van China snijdt, zie je bijna overal boven die lijn sneeuw. Best logisch in deze gebieden, in de winter, ja toch?

Maar als je die breedtegraad naar Europa volgt, kom je ineens midden in Spanje terecht. En op deze plek moet je voor de eerste de beste sneeuw wel 2500 kilometer noordelijker kijken. Er zit hier een enorm gat in de sneeuwkaart. In dit stukje noordelijk halfrond schittert het sneeuwdek van afwezigheid.

Dit kaartje laat overigens geen uitzonderlijke situatie zien. Grofweg is dit zo’n beetje elk jaar het beeld. Alles in de sneeuw, behalve dit gat. En daar liggen wij dus in. Als je goed naar het kaartje kijkt, kun je dat ook makkelijk verklaren.

De bottleneck

Terwijl wij onszelf zien als het ‘vasteland’, ziet dat er in dit grote geheel heel anders uit. Van bovenaf gezien is heel West-Europa eigenlijk niet meer dan een grillig schiereiland. Het uiteinde van een landtong bijna, met aan alle kanten zee. Al dat water is de bottleneck. Omdat het zeewater relatief warm is (al dan niet door een warme golfstroom), zorgt het ervoor dat het maar moeilijk echt koud kan worden bij ons.

Op iets kleinere schaal zie je dat verschil ook binnen Nederland al: in de winter wordt het in het binnenland meestal het koudst, en in de zomer het warmst. Aan de kust zijn de pieken minder hoog en de dalen minder laag: allemaal door die grote bak met water die ernaast ligt, die nu eenmaal veel minder snel opwarmt of afkoelt dan land.

Aangezien ‘ons’ weer meestal vanuit westelijke richtingen komt, kun je op dit sneeuwdekkaartje wel zien hoe lang de weersystemen over dat water moeten reizen alvorens bij ons aan te komen. Zo blijft er van de echte kou weinig over. In al die andere, sneeuwrijkere gebieden ligt veel meer land op de aanvoerroute en het resultaat, zoals op dit kaartje, is tekenend.

Hoogtemeters

Uitzonderingen zijn natuurlijk de bergen. Dat zie je in Europa in de Alpen, en ook in Amerika zijn het de berggebieden die al wel goed meedoen. Hoe hoger, hoe kouder, dat is bekend. Daar lukt het ondanks die zeeën dus nog wel. Ook dat fenomeen hebben we op onze kleinere schaal vaak gezien. Als er een flinke neerslagzone over ons land trok, zag je vaak dat het net over de Duitse of Belgische grens wél overging in sneeuw, terwijl het bij ons alleen maar regen gaf. Tja, precies buiten onze landsgrenzen begint het echt heuvelachtig te worden. Dat is ook de reden dat het in Zuid-Limburg een stuk vaker lukt. Die paar honderd hoogtemeters schelen echt meteen.

Dat sneeuw bij ons nog altijd iets bijzonders is, heeft dus voornamelijk met onze belabberde ligging te maken. En doordat alles hier laag is, kan elke neerslagzone lekker doorstomen zonder ergens op te botsen en de hoogte in te worden gedwongen.

Kansloos in 'westwinter'

En toch sneeuwt het soms. Maar met echte, lekkere, knerpende, droge sneeuw lukt het eigenlijk alleen als de stroming van de andere kant komt. Vanaf land dus. Echt winterweer moet bij ons uit oostelijke richtingen komen. En als dat niet gebeurt – tja: al dat zachte, regenachtige weer is in een ‘westwinter’ vooral heel logisch. Sneeuw is hier eigenlijk kansloos.

‘De echte winter begint op 600 meter,’ zei een collega vandaag. En zo is het: voor een laag goeie sneeuw moet er bij ons op schiereiland West-Europa dus heel wat gebeuren. Dus die keren dat je wel in je eigen straat door een laag witte poeder heb geploeterd, zijn het na het zien van dit kaartje misschien nog net iets bijzonderder.

Dorien BouwmanMediameteoroloog