De historisch dichte mist van 5 december 1962
Het weer kan wel eens raar uithalen, zo raar dat je je dat je hele leven blijft herinneren. Het sneeuwinfarct van 25 november 2005 in Midden-Nederland is zo’n gebeurtenis waarvan iedereen, die hem heeft meegemaakt, nog wel weet wat er gebeurde. Of de storm van 25 januari 1990. Voor de winter van 1979 moet je alweer wat ouder zijn en voor de mist, die het westen en noorden van Nederland op 5 december 1962, vandaag op de kop af 60 jaar geleden, in de greep had helemaal. Wat toen gebeurde was er niet minder bijzonder om. Meer dan bijzonder genoeg ook om nu nog een keer bij stil te staan.Tegenwoordig kunnen we het ons niet goed meer voorstellen. Door allerlei maatregelen is onze lucht schoner geworden. Ook liggen de temperaturen hoger dan vroeger. Die twee ontwikkelingen hebben tot gevolg gehad dat de zon in Nederland in onze tijd een stuk vaker schijnt dan vroeger. En het aantal dagen met mist is spectaculair afgenomen.
Destijds, aan het begin van de jaren zestig, was de situatie nog niet zo. Kolen waren een nog heel gebruikelijke brandstof, ook voor de industrie. De lucht zat vol met fijnstof. Verder stonden we aan het begin van de legendarische winter van 1962/1963. En daarbij was het meteen, zoals dit jaar eigenlijk ook – maar nu dan in mindere mate – koud aan het begin van de decembermaand. In de nachten vroor het licht tot matig, overdag kwam de temperatuur enkele graden boven nul. En er was vooral maar heel weinig wind.
Hogedrukgebied
Boven Noordwest-Europa lag een hogedrukgebied. Aan zijn oostflank had het zeer koude lucht ingevangen. Nederland kreeg daarvan nog net een schampschotje mee. Al gauw verplaatste de kern zich naar het oosten en werd de lucht wat hogerop boven Nederland steeds warmer. Door het ontbreken van wind bleef aan het aardoppervlak een koude luchtlaag achter, die in de loop van de tijd echter wel steeds dunner werd.
Het leverde rond de 5e december 1962 een aantal bizarre dagen op. Kwam het tijdens helder weer in de nachten op steeds meer plaatsen tot de eerste strenge vorst van de winter, overdag zorgde de zon ervoor dat het op meerde plekken nog tussen 5 en 10 graden boven nul werd. De temperatuur had daarmee een enorme dagelijkse gang. Op 5 december stroomde vanaf zee vochtigere lucht het westen en noorden van het land binnen. Het leidde tot een mistsituatie die nog steeds historisch genoemd mag worden.
John Bernard en de mist
John Bernard, de vroegere weerman van RTL4, kan zich de situatie van toen nog maar al te goed herinneren. Hij schrijft erover in het boek ‘Winters van Toen’. Het begin van de koude periode staat hem nog helder voor de geest. Op 1 december 1962, zijn trouwdag, was op de Bergse Plas (bij Rotterdam) al een vliesje ijs te zien. In de dagen daarna werd het ijs dikker en precies op 5 december was de ijsclub in IJsselmonde bezig om de ijsbaan te openen. John Bernard en zijn vrouw, beiden schaatsliefhebbers, waren er als de kippen bij. Ze schaatsten door totdat het rond een uur of vier in de middag mistig begon te worden.
Onderweg terug naar hun huis in Rotterdam – op de scooter – verdwaalden ze in de straten van hun nieuwe wijk. Het was moeilijk om de weg terug te vinden, maar het lukte wel. In de avond zouden ze Sinterklaas vieren bij zijn schoonouders aan de andere kant van de stad. Ze legden de laatste hand aan de surprises voor de avond en besloten dat het toch verstandiger zou zijn om met de taxi naar de andere kant van de stad te gaan, in plaats van op de scooter. Dus ging John Bernard naar buiten, naar een telefooncel en belde de taxicentrale. De centralist moest heel hard lachen. Hij vertelde dat er door de dikke mist geen enkele taxi meer reed. En inderdaad: de mist was gelig geworden en zo dik dat er geen verkeer meer mogelijk was. De enkele auto die er nog reed, werd door voetgangers begeleid en probeerde op die manier zo goed en zo kwaad als het ging nog vooruit te komen.
Verkeer vastgelopen
Op dat moment was het verkeer in grote delen van West-Nederland vastgelopen. Rond Rotterdam was niets meer mogelijk, ook in het Westland was het zicht tot enkele meters teruggelopen. Het regende meldingen van ongevallen, hier en daar kwam het tot kettingbotsingen. In wat je als één van de eerste filemeldingen op de radio kunt beschouwen, werd potentiële wegebruikers afgeraden om op pad te gaan. De situatie was zo slecht, meldde de presenator, dat het Sinterklaasfeest in het ergste geval maar uitgesteld moest worden. En voor veel mensen was dat uiteindelijk ook de realiteit. Ook voor John Bernard en zijn vrouw. Ze bleven thuis en het feest kwam enkele dagen later.
Vooral in het zuidwesten was de situatie aan het einde van de middag en in de avond bar en boos. De mist was zo dicht dat het verkeer in de omgeving van Rotterdam tot stilstand kwam. Op de A13 bij Delft vond je bijna iedere honderd meter een autowrak, zoveel ongelukken waren er gebeurd. Op sommige plaatsen was het zicht niet meer dan een meter, zo meldden de kranten. Het was een dikke, gelige mist. Je kon er niet doorheen kijken.
Hardnekkige mist
Uit de waarnemingen van die dag is op te maken dat zowel in Zuidwest- en West-Nederland als in het noorden een hardnekkig mistgebied hing. Precies op die plaatsen waar een zeer zwakke wind van zee vochtige lucht aanvoerde. In de mist bleef het na een koude nacht met matige tot strenge vorst ook enkele graden vriezen. Dieper het binnenland in scheen de zon wel, en kwam het kwik 3 tot 6 graden boven nul. In de avond en in de nacht naar 6 december voor het opnieuw op diverse plaatsen streng. Een zwakke zuidelijke wind duwde de mist het land weer uit. Op 6 december werd het op de vliegbasis Deelen bij Arnhem, na een nacht met ruim 9 graden vorst, in de middag +10,1 graden. Het leek wel lente.
Toch kon er hier en daar al op ijsbanen worden geschaatst. In het vervolg van de maand werd het even wat onrustiger en gingen de temperaturen nog korte tijd omhoog. Arctische lucht in het noorden, kwam over Scandinavië echter steeds dichterbij. Het was slechts een kwestie van tijd of ook Nederland zou erdoor in bezit worden genomen. Het was het begin van de grote winter van 1962/1963. Een winter zoals die in onze tijd niet meer mogelijk is.