Deze zomer was de zomer van de zware buien
Met nog een week te gaan, kunnen we een eerste voorzichtige balans van de aflopende zomer opmaken. Het was de zomer van de zware buien. Op 15 dagen werd ergens in het land een neerslaghoeveelheid van de 50 millimeter of meer gemeten, een record. Ook het aantal dagen met zware neerslag dit jaar is met 17 het hoogste ooit gemeten.Een onderzoek, waarvan de resultaten maandag werden gepresenteerd en waaraan ook het KNMI heeft meegedaan, laat zien dat de kans op extreme neerslag door klimaatverandering tussen 2 en 9 keer zo groot is geworden. Verder vallen er grotere hoeveelheden neerslag tijdens dergelijke gebeurtenissen, tijdens de watersnood in juli bij voorbeeld zo’n 19 procent meer.
Warmste junimaand in 132 jaar
Begon de zomer voor wat de gemiddelde temperatuur betreft nog spectaculair met de warmste junimaand in 132 jaar tijd, in juli en in augustus bleven de gemiddelde temperaturen beneden normaal. Ging het in juli om slechts drie tienden van een graad, in augustus komt de gemiddelde temperatuur naar verwachting ongeveer een graad beneden de norm uit. In totaal komt de zomer waarschijnlijk op een gemiddelde van 17,7 graden uit, drie tienden van een graad boven normaal en goed voor om en nabij een 16e plek op de lijst van warmste zomers ooit. Het temperatuuroverschot komt daarbij helemaal voor rekening van de junimaand.
Aan zonuren kwamen we in juli en augustus tekort, maar dankzij de zonnige junimaand lijken we in de zomer als geheel toch nog in de buurt van het normale aantal zonuren uit te komen. Verder verliep de zomer natter dan normaal, vooral dankzij de landelijk gezien erg natte junimaand.
Laagste toptemperatuur hoogzomer sinds 1917
Mensen die vinden dat de zomer tegenviel, hebben vooral op basis van de hoogzomer gelijk. Met een hoogste temperatuur van precies 28 graden op weerstation Arcen (18 juli) was de toptemperatuur van de hoogzomer sinds de zomer van 1917 (!) niet zo laag. In dat jaar werd het in juli en augustus niet warmer dan 27,9 graden in Winterswijk en in Maastricht. Verder scheen de zon de afgelopen twee maanden minder dan normaal en hielden de zware buien gewoon aan.
Echte kou was er deze zomer ook niet. Tot vandaag steeg de temperatuur in De Bilt deze zomer al 67 keer tot 20 graden of hoger (warme dagen) en vandaag komt daar dag 68 bij. Daarmee zitten we nu al boven het in de zomer gebruikelijke aantal van 64 warme dagen. We kunnen nog doorstijgen tot 75 warme dagen, al is dat met het oog op het relatief koele weer dat vooral vanaf komende donderdag wordt verwacht niet waarschijnlijk. Zouden we op 75 warme dagen uitkomen, dan zou dat een gedeelde 4e plaats betekenen. Waarschijnlijker is het dat we uiteindelijk op 71 warme dagen uitkomen, goed voor een gedeelde 10e plaats op de ranglijst.
Weinig zomerse en tropische dagen
Met 17 zomerse dagen, dagen waarop de temperatuur op of boven 25 graden uitkomt, kwamen we wel tekort. Normaal in de zomer in De Bilt zijn 22 zomerse dagen. Op basis van de verwachting voor de komende dagen komt er geen zomerse dag meer bij en daarmee eindigen we op de ranglijst sinds 1901 op een gedeelde 38e plaats. Vorig jaar telde de zomer 28 zomerse dagen en in 2018 zelfs 37. Koploper is de hier de zomer van 1976 met maarliefst 41 zomerse dagen.
Telde een aantal stations in het zuiden en oosten van het land nog 3 tropische dagen, dagen waarop de temperatuur tot 30 graden of meer steeg, in De Bilt was het er deze zomer maar één en in het westen en noorden van het land waren er veel stations waarop het deze zomer helemaal niet tot tropische temperaturen is gekomen. De tropische dagen in het zuiden en oosten vielen ion de enige regionale hittegolf die we in de bijna voorbije zomer hebben gehad en die zich van Twente en de Achterhoek tot over Brabant en Limburg uitstrekte. De tropische dag in De Bilt is goed voor een gedeelde 62e plaats op de ranglijst sinds 1901. Vorig jaar en in 2019 telden we in De Bilt 11 tropische dagen en koplopers zijn hier de zomers van 2006 en 1976 met 13 tropische dagen.
Warmtegetal viel tegen
Het warmtegetal komt in De Bilt op rond 54 punten uit, tegen normaal 100.1. Je verkrijgt het door voor dagen met een gemiddelde temperatuur boven 18 graden de stukjes boven die 18 graden te nemen en op te tellen. Een dag met 18,2 graden levert zo 0,2 punten op, een dag met 19.3 graden 1,3 punten en beide dagen samen 1,5 punten. Het warmtegetal zegt iets over de hoeveelheid warmte die een zomer heeft geproduceerd. Met 54 punten komt de zomer in De Bilt op een 47e plaats uit. Vorig jaar haalden we 145,6 punten en in 2018 zelfs 196 punten. Beide jaren produceerde de zomer dus veel meer warmte dan dit jaar. Koploper is 2006 met 201,3 punten.
Watersnood in Duitsland, België en Limburg
Het nieuws deze zomer was vaak de extreme neerslag, die steeds weer op andere plaatsen viel, uiteindelijk op 15 dagen. Iedereen herinnert zich de periode vanaf 13 juli nog wel, toen delen van Duitsland, België en in Nederland het zuiden van Limburg met extreme neerslag te maken kregen en door een watersnood werden getroffen. Vooral in Duitsland en in België vielen veel slachtoffers, in Nederland werd Valkenburg zwaar getroffen. In de dagen daarna was het nog spannend of de dijken van de Maas en in mindere mate van de IJssel het zouden houden. In Limburg moesten veel mensen tijdelijk worden geëvacueerd, maar uiteindelijk ging het allemaal goed. Op andere plaatsen rond de grote rivieren bleef de overlast meestal binnen de perken.
Ook in andere delen van Nederland was het gedurende de voorbije zomermaanden nu en dan bijzonder nat, zoals in het zuiden van Limburg, in Friesland, delen van Groningen en Drenthe en in Overijssel en Gelderland. In Noord-Holland was het ook in juni al raak.
Valwind van Leersum
Een supercell, die aan het einde van vrijdag 18 juni van Tiel via Maurik naar Leersum trok, leverde in alle drie die plaatsen grote schade op door valwinden, gecombineerd met zware hagel. Vooral in Leersum was de chaos compleet, vielen gewonden en raakten meerdere huizen onbewoonbaar. Ook in de bossen rondom de Utrechtse plaats was de schade soms bijna apocalyptisch.