Foto gemaakt door Raymond Hofsté - Zenderen - Jakobsladders in de lucht boven Zenderen laten zien dat er flink wat vocht in de lucht zit.
Foto gemaakt door Raymond HofstéZenderenJakobsladders in de lucht boven Zenderen laten zien dat er flink wat vocht in de lucht zit.
Nu

Zomer 2021: de hoge luchtvochtigheid is de crux

Als er deze zomer iets opvalt in het Nederlandse weer, dan is het wel de hoge luchtvochtigheid. Zeker als je die vergelijkt met de zomers van afgelopen jaren. We hebben er op allerlei manier last van gehad. Het aantal dagen waarop ergens in Nederland 50 millimeter of meer is gevallen, begint al aardig in de buurt van het record te komen. En ook de overstromingen in Duitsland, België en in het zuiden van Limburg waren mede op die hoge luchtvochtigheid terug te voeren.

Daar waar er veel vocht in de lucht zit, moet dat er ergens in terecht zijn gekomen. In Nederland volgt de luchtvochtigheid door het jaar een zeker patroon. De lentemaanden zijn de maanden waarin de lucht gemiddeld gesproken het droogste is. In de zomer loopt de luchtvochtigheid weer op, om tijdens de Hondsdagen (die net begonnen zijn) een hoogtepunt te bereiken. Daarna wordt het in de lucht weer langzaam minder vochtig, vooral in absolute zin. Omdat het ook kouder wordt, kan de relatieve luchtvochtigheid nog wel lange tijd hoog blijven, ook in de winter.

Hoe komt waterdamp in de lucht terecht?

We zullen het nog iets beter uitleggen. In de lucht past, afhankelijk van de temperatuur ervan, een bepaalde hoeveelheid waterdamp. Waterdamp is water in zijn gasfase. Je ziet het niet, maar het is er wel. Waterdamp komt in de lucht als water verdampt. Hoe hoger de luchttemperatuur is, hoe meer waterdamp er in de lucht past. Boven warm water, dat het snelst verdampt, komt het meeste waterdamp in de lucht terecht. Is het water kouder, dan gaat het langzamer.

De lucht die we in Nederland hebben, kan op twee manieren vochtig worden. Of de waterdamp komt er hier in, door al het water dat we in en om Nederland hebben. Of de vochtige lucht wordt door de wind vanuit andere gebieden, waar veel vocht in de lucht is gekomen, aangevoerd.

Absolute en relatieve luchtvochtigheid

De absolute luchtvochtigheid zegt iets over hoeveel water er in de lucht hangt en is mede bepalend voor hoeveel regen er kan vallen. Veel mensen zullen er niet over hebben nagedacht, maar het water in de overstromingsgebieden hing, voordat het als regen viel, eerst in de lucht. De relatieve luchtvochtigheid geeft aan hoeveel van het water, dat bij een bepaalde temperatuur in de lucht kan hangen, aanwezig is. Is de relatieve luchtvochtigheid 70 procent bij een temperatuur van 25 graden, dan is de ruimte voor water bij die temperatuur voor 70 procent gevuld.

Om een idee te geven: bij een temperatuur van 0 graden past er 5 gram aan water in iedere kubieke meter lucht. Bij een temperatuur van 30 graden is dat 31 gram per kubieke meter: zes keer zoveel als in lucht van 0 graden dus. Op die manier is ook makkelijk te begrijpen waarom er in de zomer zulke zware buien kunnen vallen. Niet alleen past er dan meer water in de lucht dan in de winter, ook zijn de zeeën stukken warmer, waardoor die waterdamp ook echt in de lucht terechtkomt.

Dit jaar was de lucht vroeg vochtig

Meestal is het zo dat je in de loop van de zomer begint te merken dat de lucht steeds vochtiger wordt en de buien, als ze ontstaan, ook steeds zwaarder. In het voorjaar, en dan zeker in de maanden april en mei, is de lucht nog vaak droog. Niet omdat de temperaturen van de lucht niet hoog genoeg zijn (die lopen in het voorjaar meestal al flink op), maar omdat de zeeën nog koud zijn en maar weinig water verdampen. Er komt dus relatief weinig waterdamp in de lucht terecht.

Nu was er dit jaar iets bijzonders aan de hand. Niet pas in de loop van de zomer, maar al in mei werd de lucht bij ons een stuk vochtiger. En vanaf toen al schakelden we, voor wat de luchtvochtigheid betreft, op het regime over, dat normaal toch een stuk later begint. De vraag is waardoor het dit jaar zoveel vroeger was? De weerssituatie in ons koude voorjaar was er niet echt naar. De temperaturen waren veel lager dan normaal en datzelfde gold voor de watertemperaturen. Het was geen situatie waarin je een sterk oplopende luchtvochtigheid zou verwachten.

Hardnekkige drukverdeling

Mogelijk heeft de hardnekkige drukverdeling van de afgelopen maanden een rol gespeeld. Daar waar we boven de Oceaan en Scandinavië steeds hogedrukgebieden zagen, lag er bij Noordwest-Europa (en dus bij ons) een lagedrukgebied. Daar omheen werd met zuidwestelijke winden vaak vochtige lucht naar Frankrijk geblazen. Ook daar regende het veel meer dan in andere jaren. In het oosten van Europa waren het juist zuidelijke winden die heel warme (en ook droge) lucht naar het noorden bliezen. Daar was het veel warmer dan normaal. Die warme lucht kwam ook boven de Oostzee terecht. Ook daar is het water nu veel warmer dan normaal en het staat flink te dampen.

Zowel vanaf de Oostzee (met noordoostelijke winden, die aan de noordelijke kant van het lagedrukgebied boven Noordwest-Europa ook in Nederland terechtkwamen), als vanaf de Oceaan via Frankrijk werd de draaikolk boven onze hoofden voortdurend van nieuw vocht voorzien, dat vervolgens maar moeilijk kon ontsnappen. De luchtvochtigheid liep op, al vroeg in het seizoen en in de draaikolk kon het vocht moeilijk ontsnappen. De enige weg naar het aardoppervlak was die in de vorm van regen. En we weten inmiddels allemaal waartoe dat heeft geleid.

In het weekend de volgende buiensituatie

Inmiddels zitten we in de hoogzomer en in de Hondsdagen, de periode waarin de lucht altijd al op zijn vochtigst is. Zoals we gisteren in onze verwachting voor de rest van de zomer aangaven, ziet het er niet naar uit dat er in de resterende vijf weken van deze zomer nog grote veranderingen in het weerpatroon gaan optreden. Met al het beschikbare vocht van nu in het achterhoofd, betekent dit dat we waarschijnlijk nog meer situaties met zware buien zullen krijgen. Een eerste daarvan lijkt het komende weekend en in de eerste dagen van de nieuwe week al toe te slaan.

Reinout van den BornChef Redactie