Winter: waarom lukt het bij ons maar steeds (net) niet?
Zware sneeuwval in Spanje, Italië en Scandinavië, gevolgd door extreem lage temperaturen en in grote delen van Azië een winter zoals ze die in tientallen jaren niet hebben meegemaakt. Er gebeurt heel wat aan het winterfront dit jaar. Behalve in Nederland. Hoe komt het toch dat we tot nu toe bijna overal tussendoor zijn gegaan en blijft dat ook de rest van de winter zo?We schreven het eind november bij de presentatie van onze definitieve winterverwachting al. Eigenlijk is het heel simpel: hoe meer koude lucht er in het hoge noorden tijdens de wintermaanden voorradig is, hoe groter de kans dat die koude lucht op enig moment ook tot onze omgeving doordringt. Dat heeft vooral met de ligging van de straalstroom te maken. Breidt de kou in en rond de Noordpool zich zuidwaarts uit, dan komt de straalstroom verder bij het poolgebied vandaan te liggen. Gebeurt het niet, dan blijft de straalstroom noordelijker en is de winter bij ons zacht.
Meerdere drijvers
Toen we eind november naar de winter vooruitkeken, zagen we enkele factoren die we in de gaten moesten houden: de ontwikkeling van La Niña (een koude zeestroom langs de evenaar op de Grote Oceaan tussen Peru en Indonesië) gedurende de wintermaanden, de QBO (een stratosferische straalstroom boven de evenaar die in ongeveer 2 jaar tijd een oostelijke en een westelijke fase heeft), de NPM (North Pacific Mode, die een warme en een koele fase heeft) op de noordelijke helft van de Grote Ocean ten westen van de Verenigde Staten, de fase van de zonnevlekkencyclus die net uit het minimum is gekomen en de ontwikkeling van de stratosferische poolwervel.
De belangrijkste daarvan voor het weer gedurende de wintermaanden leken La Niña en de NPM te zijn. Het maakte de verwachting er meteen al niet makkelijker op, omdat juist die twee factoren tegen elkaar in werken. Wees La Niña in de richting van een vrij koude eerste helft van de winter, de warme NPM hield zo’n ontwikkeling juist tegen. Voor de tweede helft van de winter leek het beeld precies andersom: dan zou het juist de La Niña zijn die naar een doorbrekende westcirculatie toe zou werken, terwijl de warme NPM in combinatie met de westelijke fase van de QBO een plotselinge opwarming van de stratosfeer boven de Noordpool in gang kon zetten. En zou die er komen, dan moesten de kansen op koud weer juist in de tweede winterhelft een stuk groter worden.
Eerste helft winter zit erop
Inmiddels is de eerste helft van de winter voorbij en kunnen we een beetje terugkijken. Pogingen tot het laten doorbreken van de winter naar Nederland zijn er gedurende die vroege winter zeker geweest, maar alle veelbelovende weerkaarten werden uiteindelijk door een zeer hardnekkig hogedrukgebied boven Kazachstan met een uitloper tot over het noordoosten van Europa om zeep geholpen. Aan de westflank ervan werd wekenlang met zuidelijke winden erg zachte lucht het oosten van Europa ingepompt. Als de wind bij ons dan al eens oostelijk werd (hetgeen meerdere keren gebeurde) was er geen kou voorradig om het hier winter te laten worden.
Wat het hogedrukgebied in het oosten wel voor elkaar kreeg, was dat ijskoude lucht grote delen van Azië in bezit nam. Daar brak de winter wel door en hoe. Terwijl Peking, de hoofdstad van China, de laagste temperaturen in tijden aantekende, verdwenen grote dele van Japan meerdere malen onder een dikke laag sneeuw en rilden de Korea’s onder een paar felle kou-uitbraken.
Wij moesten wachten op de SSW
Het wachten voor ons leek op de SSW, de plotselinge opwarming van de stratosfeer boven de Noordpool, die zich steeds duidelijker begon af te tekenen. En die er op de 5e januari ook echt kwam en nog steeds bezig is. De nieuwsmedia (en ook wij) waren er vol van. Nu zou het gebeuren. Een SSW betekent een omkering van de poolwervel, gevolgd door een afzwakking van de straalstroom en daarna de ene uitbraak van kou vanuit het poolgebied na de andere. En dan zou het slechts een kwestie van tijd zijn voordat het ook in Nederland weer eens echt winter werd.
Die uitbraken van kou kwamen er, onder meer naar Spanje. Het sneeuwde er als nooit tevoren en de sneeuwsituatie van de laatste 50 jaar werd er gevolgd door een historische koudegolf. Wat hier maar niet lukt, gebeurde daar wel. Meerdere nachten achtereen daalde de temperatuur tot tussen 10 en 15 graden onder nul en op sommige plekken vroor het zelfs tussen 20 en 25 graden. Vele gebieden zagen er arctisch uit, een ongekend plaatje voor een land zover naar het zuiden.
Eind vorige weer was er een nieuwe uitbraak van kou over het noordoosten van Europa. Nu waren grote delen van Scandinavië, Finland en uiteindelijk ook Polen aan de beurt. Opnieuw viel eerst een dikke laag sneeuw en was het daarna de beurt aan diepvriestemperaturen. Een schampschotje van die kou drong vrijdag en zaterdag ook tot Nederland door. Wij profiteerden er nauwelijks van, omdat de dampende Noord- en Oostzee weer een immens wolkenpakket op de rails hadden gezet die iedere vorm van afkoeling bij ons verder tegenhield. De kou die er niet kwam, werd wel gevolgd door sneeuw. Sneeuw die de winter niet bestendigde, maar juist verdreef.
We zijn terug bij af
Inmiddels zijn we terug bij af. Met een zuidwestenwind, een herfstachtige week voor de boeg en meerdere dagen met temperaturen in de dubbele cijfers. Want dat lukt in de wintermaanden altijd wel, met zoveel warm water in de buurt. Water dat veel warmer is dan vroeger.
Daar zijn we dan, met een SSW in gang, maar ook een La Niña die een doorstaande westcirculatie aanjaagt. De combinatie van de twee heeft die westcirculatie weliswaar een stuk zuidelijker gelegd dan normaal, maar niet zuidelijk genoeg om het bij ons koud te laten worden. De koude lucht is al met al veel dichterbij dan vorige jaren, maar niet dichtbij genoeg om het tij te laten keren. En of de straalstroom nu zuidelijk ligt of niet, als je aan de kant ervan ligt met de zuidwestelijke winden (zoals de weerkaarten ons voor de komende tijd voorspiegelen) dan wordt het gewoon geen winter. Alle mooie voorbeschouwingen ten spijt. Daar moeten we realistisch in zijn.
Pas op 1 maart sluiten de boeken
Tegelijk duurt de winter nog zes weken en is er dus nog zes weken hoop. Er is niet veel nodig om het hier koud te laten worden, maar met de strakke (en zuidelijke) westcirculatie zoals die nu wordt berekend, is dat misschien toch ook wel teveel gevraagd. Ondertussen tikt de klok. Misschien gebeurt het ergens in februari nog. Pas op 1 maart verdwijnt de winter definitief in de boeken.