Niet meer zeuren over codeweer
Daar is er weer een: een weeralarm! Vandaag geldt code geel, vanwege zware windstoten. Ongetwijfeld zal daarna het nodige gemopper volgen over of dat nou wel nodig was. Laten we daar maar eens mee ophouden.Stel, je rijdt op een kruispunt af, en je ziet een verkeersbord: ‘gevaarlijke kruising’. Je remt af, kijkt goed rond, en je steekt over. Ben je dan ook altijd zo geïrriteerd als je ongedeerd de overkant haalt en je auto niet total loss hebt gereden? Nee? Maar het zou er toch zo gevaarlijk zijn? Er was helemaal niks aan de hand! Waarom heeft verdorie niemand mij aangereden?!
Hoogstwaarschijnlijk herken je deze gedachtegang niet. Toch is dit ongeveer wat er voortdurend gebeurt wanneer er weeralarmen zijn afgegeven. Code geel, code oranje, of soms code rood: achteraf laait bijna steevast een discussie op over de zin en onzin van weeralarmen en of het deze keer wel of niet terecht was.
Overheidstaak
In Nederland is het KNMI verantwoordelijk voor deze weerwaarschuwingen. Het KNMI is een onderdeel van de Rijksoverheid en heeft de taak om ons, te waarschuwen als er “overlast, schade of letsel” kan ontstaan door wind, sneeuw, regen of ander weer. Code geel betekent: wees alert, bij code oranje tref je wat voorbereidingen, en bij code rood geldt dat je toch echt even iets moet doen (of juist laten).
Uiteraard gaat dat wel eens ‘mis’. Dat wil zeggen: soms loopt het uiteindelijk toch niet zo’n vaart als van tevoren werd verwacht. Windstoten pakken minder hevig uit, de sneeuwhoogte valt tegen, of een felle onweersbui is net ergens anders beland en jij hebt er niks van gemerkt. Maar was de waarschuwing dan onterecht? Dat kun je zo niet zeggen.
Geen garanties
De crux is: een weeralarm is een waarschuwing, geen garantie. Het is een gerede kans dat iets gaat gebeuren. Die kans is nooit 100%, maar wel groot genoeg om je er even op te wijzen, zodat je er rekening mee kunt houden. Van tevoren. Dus: als je achteraf gaat zitten mokken dat er bij jou “helemaal niks aan de hand” was, dan heb je het principe van een waarschuwing niet helemaal begrepen.
Ik ben nog nooit iemand tegengekomen die baalt dat 'ie niet is aangereden na zo’n waarschuwingsbord bij een kruising. Maar vreemd genoeg zijn er eigenlijk wél veel mensen die klagen omdat ze niet van de weg zijn geblazen, gespoeld of gegleden na een weeralarm. Oké, misschien heb je maatregelen genomen die achteraf niet zo nodig bleken. Ach.
Pensioen
Het is achteraf natuurlijk makkelijk praten. Als je weeralarmen met terugwerkende kracht kon afgeven, waren wij allemaal allang met pensioen gegaan. Bovendien: als het andersom zou zijn, en het weer juist veel heftiger zou uitpakken dan waarvoor gewaarschuwd was, zouden de rapen pas echt gaar zijn. En dat gebeurt zelden. Desalniettemin krijgt het KNMI regelmatig het nodige commentaar wanneer de praktijk anders heeft uitgepakt dan verwacht.
Kleiner
Natuurlijk wil ook het KNMI dat de verwachting – en daarmee de waarschuwing – klopt, anders verliest een weeralarm op den duur zijn effect. Je kunt, met andere woorden, niet bij elk wissewasje met rode codes gaan strooien. In dat licht kwam afgelopen week naar buiten dat het KNMI binnenkort ook weeralarmen op kleinere schaal wil gaan geven. Bijvoorbeeld voor een bepaalde regio, of zelfs een stad. Je denkt misschien: dat zal wat worden, hoe kleiner de schaal, hoe moeilijker de verwachting toch? Dat is in zekere zin ook zo, maar er zit ook iets anders achter wat wel een groot voordeel geeft.
Lak aan
Het KNMI werkt namelijk al tijden met een grote hoeveelheid onverbiddelijke criteria voor van alles en nog wat, en dus ook bij het afgeven van weerwaarschuwingen. De voornaamste reden dat lokaler waarschuwen binnenkort mogelijk wordt, is dat ze van een paar van die regels afstappen. Hoera! Want: tot nu toe worden weeralarmen eigenlijk altijd per provincie afgegeven, met een paar uitzonderingen voor specifieke gebieden zoals de Waddeneilanden. Maar ja: het weer heeft natuurlijk lak aan onze provinciegrenzen. Bovendien is het ene deel van de provincie het andere niet. In de Achterhoek kan het weer totaal anders zijn dan in de Betuwe. In Den Helder gebeuren echt heel andere dingen dan in Hilversum.
Vakjes
Naast provinciegrenzen bestaan er nog veel meer exacte definities waaraan moet worden voldaan voor een bepaalde code. Zware windstoten bijvoorbeeld, die moeten minstens in een gebied van 50 bij 50 kilometer gaan plaatsvinden. Sneeuwval moet wel op z’n minst een bepaald aantal centimeters binnen een bepaald aantal uur opleveren. Voor minder doen we het niet.
Dat zijn nogal rigide drempelwaarden. Je kunt je ook voorstellen dat het niet makkelijk is om van tevoren zoveel details te geven. Maar ja, mensen willen toch graag ergens een streep trekken: dat geeft een illusie van houvast. Alleen: het weer laat zich mooi niet in vakjes stoppen. En bovendien: zijn even zware windstoten in een iets kleiner vakje dan niet gevaarlijk? Kan die ene lokale onweersbui niet evenveel ellende opleveren als 20 onweersbuien samen?
Het weer moet de grens zijn
En dat zal precies de reden zijn om in elk geval een paar van die grenzen los te laten. Zo wordt het bijvoorbeeld mogelijk om code rood voor één stad af te geven, of alleen voor een bepaalde uithoek van het land. Er zijn situaties denkbaar waarbij dat heel nuttig kan zijn. In elk geval lijkt het me niet meer dan logisch om de grenzen van het code-gebied te laten bepalen door het weer, en niet door een of andere arbitraire provinciegrens. Of een drempelwaarde die iemand ooit bedacht heeft.
Niet alle weeralarmen zullen kleinschaliger of preciezer worden, dat kan nu eenmaal niet altijd. Maar dat de optie er nu komt, is in elk geval een bemoedigende ontwikkeling. Een beginnetje: want in het bericht van het ministerie, waar het KNMI onder valt, lijkt het eerst alleen nog te gelden voor code rood. Of het nu dit jaar of volgend jaar ingaat, is ook niet helemaal duidelijk.
Wat mij betreft beginnen we morgen. Hoe minder vakjes, hoe beter de kwaliteit van de waarschuwingen, lijkt me. Dan zullen we er ook niet meer zo over mopperen.