Kunnen we al vallende sterren kijken?
Zwoele avonden, lekker lang buiten zitten, en: vallende sterren kijken. Zomerser wordt het niet, toch? Maar kun je eigenlijk binnenkort al actie verwachten aan de sterrenhemel?De zomer is inmiddels volop losgebarsten, met alles erop en eraan. Hevige buien, maar ook die heerlijke lange zomeravonden. Is dat niet een van de fijnste dingen van de zomer: tot ’s avonds heel laat achterover in een tuinstoel naar de sterrenhemel kijken – want in de zomer kun je vaak heel wat vallende sterren zien. Toch? Op het dakterras waar ik gisteravond zat, rees de vraag: waar blijven die vallende sterren?
Wat was dat ook alweer?
Met een ‘vallende ster’ wordt eigenlijk een meteoor bedoeld. Het zijn geen echte sterren die onze dampkring binnendringen, maar kleine stukjes steen en gruis, afkomstig van een bepaalde komeet. De stof- en gruisdeeltjes van een komeet verspreiden zich in de loop der tijd over de hele omloopbaan. Als de aarde die baan kruist, dringen soms hele zwermen van die komeetstofjes onze atmosfeer binnen. Omdat ze een enorme snelheid hebben, verdampen ze op een hoogte van tussen 80 en 120 kilometer. Daarbij licht de lucht rond de stofdeeltjes op en zo kunnen wij de valsporen heel kort zien. Dat noemen we een vallende ster.
Talloze zwermen
Het hele jaar door komt de aarde verschillende meteorenzwermen tegen. De ene keer beter zichtbaar dan de andere. De meeste vallende sterren zijn er trouwens niet in de zomer, maar in december. De Geminiden veroorzaken bij ons de meeste zichtbare vallende sterren (soms wel 100 per uur). Toch is dit een minder bekende sterrenregen, omdat december nu eenmaal een minder aangename periode is om uitgebreid sterren te kijken, en omdat het weer ook niet altijd meewerkt.
Zo zijn er, verspreid over het jaar, nog veel meer meteorenzwermen die vallende sterren veroorzaken. Zoals bijvoorbeeld de Boötiden in januari, de Eta-Aquariden in mei, de Orioniden in oktober en de Leoniden in november. Die ingewikkelde namen zijn trouwens vernoemingen naar de sterrenbeelden waar de zwermen 'in' liggen.
Hoogtepunt en radiant
Zijn er dan nu ook vallende sterren? Ja en nee. Op dit moment passeren we bijvoorbeeld de meteorenzwerm τ-Cetiden, maar daar is maar weinig van te zien. Bij een meteorenzwerm zijn twee dingen heel belangrijk. Ten eerste het tijdstip en de lengte van het hoogtepunt van de zwerm, en hoe donker het dan bij ons is. Ten tweede de zogenoemde radiant; dat is het punt waar de vallende sterren voor ons oog vandaan lijken te komen. Als die radiant heel hoog boven de horizon staat is dat gunstig, als die heel laag staat, of zelfs onder de horizon, is dat uiteraard heel ongunstig.
Dat is meteen de reden dat we nauwelijks iets meekrijgen van die τ-Cetiden vandaag; het hoogtepunt is rond 12.00 uur vandaag. Klaarlichte dag dus. Maar hoewel we ze in theorie meerdere dagen/nachten zouden kunnen zien, staat ook de radiant erg laag. Daarbij gooit ook het maanlicht flink wat roet in het eten, omdat de maan op dit moment flink verlicht is. Al met al is er de komende nachten maar een enkele vallende ster te zien, vooral voor de zeer oplettende kijker.
Juli dan?
Ook de eerste weken van juli is er helaas nog weinig te beleven wat betreft vallende sterren. Tegen het eind van de maand komt het ‘vallende sterrenseizoen’ pas echt op gang. Te beginnen met de delta-Aquariden (en ook de Cassiopeïden). De piek is op 28 juli, maar het duurt in totaal zo’n 14 dagen. Je hebt dus meerdere kansen op het spotten van vallende sterren. Rond die tijd zijn er 3 tot 10 vallende sterren per uur te zien.
De topper: de Perseïden
Verreweg de meeste geziene vallende sterren zijn afkomstig van de Perseïden. Deze meteorenzwerm zien we elk jaar in augustus - midden in de zomervakantie - en is waarschijnlijk de reden dat we de zomer soms zo met vallende sterren associëren. Die van de Perseïden zijn helder, snel en trekken een spoor van licht achter zich aan. Het hoogtepunt is dit jaar om precies te zijn op 13 augustus om 2 uur ’s nachts. Dit tijdstip, de al wat kortere daglichtperiode én een hoge radiant, zorgen naar schatting voor maar liefst 50 zichtbare vallende sterren per uur. Maar ook de dagen eromheen kunnen er al veel te zien zijn.
De Perseïden zijn een heel oude meteorenzwerm die elk jaar weer vanaf de aarde te zien is. In het jaar 36 werd er in China al melding van gemaakt, maar het duurde tot het 1835 voordat we wisten dat het om een jaarlijks terugkerende zwerm ging. De bron van de Perseïden is de komeet Swift-Tuttle.
Even geduld a.u.b.
Het duurt dus nog even tot het echte spektakel, maar de echte oplettende kijker kan veel vaker vallende sterren zien. Het belangrijkste wat je nodig hebt is een heldere hemel en een flinke portie geduld. En wil je weten wat er allemaal nog meer boven je hoofd te zien is, dan is de Astrokalender op hemel.waarnemen.com een geweldige bron.