Arctisch zee-ijs wordt sneller dan gedacht dunner
Dat het zee-ijs in het Noordpoolgebied steeds dunner wordt, is algemeen bekend. Maar uit nieuw onderzoek blijkt dat de dikte van het zeeijs twee keer sneller afneemt als eerder werd gedacht.Het berekenen van dikte van het zee-ijs op basis van satellietgegevens is lastig, omdat de hoeveelheid sneeuw die er bovenop ligt aanzienlijk varieert. In hoeverre het ijs onder het wateroppervlak afneemt, blijft verborgen door de dikke laag sneeuw die erop ligt. Daarom hebben onderzoekers een nieuwe methode bedacht om de ijsdikte te meten.
Aan de hand van deze nieuwe methode heeft een computermodel gedetailleerde schattingen gemaakt van de sneeuwbedekking tussen 2002 en 2018. De modellen volgden temperatuur, sneeuwval en ijsschotsbewegingen om de opeenhoping van sneeuw te beoordelen. Deze data werd weer gebruikt om de ijsdikte te berekenen. Op basis van deze berekeningen werd aangetoond dat de dikte van het zee-ijs twee keer zo snel dunner wordt in vergelijking met eerdere schattingen.
'Positieve' feedback
Dat het ijs in de zeeën rond het Noordpoolgebied steeds sneller dun wordt, heeft te maken met de opwarming van het klimaat. Het wordt warmer, dus ijs smelt sneller in de zomer, terwijl er in de warmere winters minder aangroeit. Maar aan de andere kant is het ook zo dat minder zeeijs resulteert in meer opwarming van de aarde.
Dit fenomeen, een soort vicieuze cirkel, wordt in de wetenschap ook wel een positive feedback of positive feedback loop genoemd. IJs heeft een hoog albedo, dat wil zeggen dat door de witte kleur van het ijs veel zonlicht weerkaatst wordt. Als dat ijs smelt, schijnt de zon op het relatief donkere water. Dit heeft tot gevolg dat er meer zonnestraling geabsorbeerd wordt, het water sneller opwarmt en er dus nog sneller nog meer ijs smelt.
Buiten dat het ijs er in de zomer voor zorgt dat veel zonlicht weerkaatst wordt, fungeert dikker ijs in de winter als een soort isolerende deken, waardoor de oceaan in de winterperiode de atmosfeer niet opwarmt. Met het steeds dunner wordende ijs neemt de isolerende werking van de ijslaag af, waardoor zowel het water als de atmosfeer dus sneller opwarmt. Daarnaast overleeft het dunnere ijs ook minder makkelijk tijdens de Arctische zomers.
De veranderingen in het Noordpoolgebied kunnen op de langere termijn gevolgen hebben voor het weer in de rest van het noordelijk halfrond. Momenteel wordt er veel onderzoek gedaan naar wat deze gevolgen precies zijn, maar daar is nog geen eenduidig antwoord op. Wel lijkt de kans op extreem weer, zoals grote droogte of juist overstromingen, groter te worden door klimaatverandering.
Bronnen: ANP, Copernicus, The Guardian