30-Daagse: op de rand van de warmte, met steeds buien
Terwijl het in Nederland deze week wisselvallig en aan het einde ook relatief koel is geweest, ligt warmte aan twee kanten op de loer. Warme lucht kan vanuit Scandinavië maar ons toekomen, waar het vooral in het midden en noorden zonnig zomerweer is met temperaturen tussen 25 en 30 graden. Maar ook in het zuiden van Europa ligt hete lucht op de loer, vooral in het noorden van Afrika waar het veel warmer is dan gebruikelijk in dit daar toch al warme jaargetijde.In Nederland hebben we al een tijdje met een ingewikkelde drukverdeling te maken. In de bovenlucht draaien allerlei belletjes met relatief koude lucht om ons heen, over Frankrijk en Duitsland, maar ook vanuit Denemarken over de Noordzee naar het Verenigd Koninkrijk en zelfs soms pal over onze hoofden. In de zomer, waarin het met de sterke zon op leefniveau behoorlijk warm kan worden, wekken deze belletjes met kou het ontstaan van storingen op, die met de bijbehorende wolken en buien rustig in deze carrousel meedraaien. En het weer in onze omgeving van tijd tot tijd in de greep krijgen. Dat gaat op een redelijk onvoorspelbare manier en daardoor is het voor meteorologen op dit moment in de praktijk van alledag lastig om goede verwachtingen te maken.
Eigenlijk zitten we in soort patstelling waarvan we weten dat die op een bepaald moment doorbroken zal worden, maar alleen nog niet wanneer. Wat we ook weten, is dat het weer, op het moment dat die patstelling van nu wordt doorbroken, zomaar ineens behoorlijk kan omslaan. Het is nu dan ook de kunst om uit te vinden of, en zo ja wanneer dit gaat gebeuren. En ook om duidelijk te krijgen hoe dat nieuwe vervolg voor Nederland en omgeving er dan precies gaat uitzien. Tijdens deze aflevering van de 30-daagse verwachting gaan we, zoals altijd op vrijdag, weer een poging wagen.
Week 1: van maandag 5 juli tot en met zondag 11 juli
Een nieuw lagedrukgebied, ook gestut door een bel met koude lucht hogerop in de atmosfeer, komt vanaf de oceaan op het westen van Europa af. Het trekt in de loop van de week over de Britse eilanden naar het noorden en komt uiteindelijk op de Noordzee terecht, om daar vervolgens langzaam op te lossen. Om het lagedrukgebied heen circuleren onstabiele luchtmassa’s die bij ons met een zuidwestelijke wind worden aangevoerd. En vooral dinsdag en woensdag kan het even flink doorwaaien. Daarbij wisselen stapelwolken en de zon elkaar overdag af en kan vooral in de middag een aantal regen- en onweersbuien ontstaan. De temperaturen komen steeds tussen 20 en 24 graden uit, in de nachten daalt het kwik steeds tot een graad of 12.
Week 2: van maandag 12 juli tot en met zondag 18 juli
Hier wordt nog wat ingewikkelder. Het zwaartepunt van de lagedruk lijkt zich meer naar de omgeving van Groenland te verplaatsen, boven Scandinavië en Schotland gaat de luchtdruk tegelijkertijd juist omhoog. Ook bij de Azoren en boven het Middellandse Zeegebied moet de luchtdruk omlaag gaan, zeggen de berekeningen. Met deze drukverdeling neemt in Nederland de kans toe dat de wind uit richtingen tussen noord en oost gaat waaien. Toch is dit geen gelopen koers. Het hogedrukgebied kan ook een westelijkere positie kiezen en dan zijn noordelijke winden ons deel.
Verder moeten we de lagedruk boven Frankrijk in de gaten houden. De buien, die erbij horen, zijn steeds dichtbij en liggen vanuit het zuiden voortdurend op de loer. Zoals de kaarten er nu bij liggen, kan het noorden in de warmere lucht terechtkomen met daar meer zon en drogere omstandigheden. Het zuiden blijft gevoelig voor wolken en van tijd tot tijd een regen- of onweersbui. En daar kunnen de temperaturen wat gematigder uitpakken en ongeveer normaal zijn voor de tijd van het jaar.
Week 3: van maandag 19 juli tot en met zondag 25 juli
De hogedruk schuift wat meer richting de Baltische staten op. Een ander hoog ligt in de zeeregio tussen IJsland en Ierland. De lagedruk in het zuiden lijkt een uitloper tot over Nederland uit te rollen. Wij komen in het grensgebied tussen warme, zuidoostenwinden aan de ene kant en koelere, noordelijke winden aan de andere kant terecht. Dat hebben we deze zomer al vaker meegemaakt. Het kan over korte afstanden flinke weersverschillen en ook forse regen- en onweersbuien opleveren die lokaal met veel regen gepaard kunnen gaan. Het oosten lijkt de meeste kans op warmte, het westen juist de grootste kans op wat gematigdere temperaturen te maken.
Week 4: van 26 juli tot en met zondag 1 augustus
We zien opnieuw een verdeling boven Europa met de laagste luchtdruk in het zuiden en de hoogste luchtdruk in het noorden. Wel is het een diffuus patroon en ligt Nederland steeds in het grensgebied. Stabiel weer lijkt er voor ons ook dan niet in te zitten, maar het is wel aan de warme kant, omdat de wind een voorkeur voor richtingen tussen noord en oost zal hebben. Daarbij moet de zon de hoofdrol delen met wolken en buien die af en toe vanuit het zuiden komen opzetten en ook met onweer gepaard kunnen gaan. In het algemeen zal het weerbeeld in het noorden stabieler zijn dan in het zuiden, omdat het noorden dichterbij de hogedruk en het zuiden dichterbij de lagedruk ligt. Overigens kunnen kleine verschuivingen voor het weerbeeld veel uitmaken.
In de twee weken hierna, en dan zitten we in de eerste helft van augustus, lijkt de luchtdruk boven het Europese continent op te lopen, terwijl hij boven de oceaan juist lager wordt, mogelijk samenhangend met het verder op gang komen van het Atlantische orkaanseizoen. De kans op het naar het zuiden draaien van de wind neemt toe en zodra dat gebeurt, hoeven we voor eventuele warmte niet alleen meer naar het noorden, maar kunnen we ook naar het zuiden kijken. Gezien wat daar potentieel aan hitte klaarligt, zou het weleens spannend kunnen worden.
Samenvattend
Al met al moeten we in Nederland, daar waar het over het eventueel opnieuw doorbeken van de zomer gaat, de komende weken dus vooral naar het noorden kijken. Na een nog wisselvallige eerste week die met geregeld buien en voor de tijd van het jaar normale temperaturen verloopt, zien we vanaf week 2 de luchtdruk in de gebieden ten noorden van ons oplopen. De kans neemt dan toe dat warmte vanuit die hoek onze omgeving kan bereiken. Lagedrukgebieden met buien boven Frankrijk blijven echter dichtbij en lijken het weer in het zuiden wel geregeld te kunnen beïnvloeden. Daarbij kunnen kleine verschuivingen tot grote verschillen leiden.
In de weken 3 en 4 blijven we op de grens van zomerwarmte en iets gematigdere omstandigheden, met steeds weer ruimte voor regen- en onweersbuien. Het stabielste (zomer)weer is er in het noorden. In de eerste helft van augustus neemt de kans op warme zuidenwinden wel toe.