Jouw kat en de zon
Als er één dier een echte zonaanbidder is, dan is het wel de kat. Zodra de eerste zonnestraal je huiskamer in valt, weet je kat die binnen no time te vinden. Wat is die aantrekkingskracht toch? En hoe goed kunnen katten eigenlijk tegen de zon en tegen hitte? We zochten het voor je uit.Het is geen geheim dat er bij Weer.nl nogal wat kattenliefhebbers rondlopen. Laura van der Blij is de gelukkige eigenaar van Doppler en Newton; bij Reinout van den Born lopen Kaatje en Lien rond, bij Britta van Gendt kom je Jeroentje en Goof tegen, en bij mij thuis loopt Polly rond. Zwart, wit, schildpad, cypers, jong, oud, binnenkatten en buitenkatten, superspeels of aartslui – we hebben ze allemaal. Hoe verschillend die beestjes ook zijn, een hobby lijken ze allemaal te hebben: in de zon liggen.
De uiterst logische verklaring hiervoor: katten houden nu eenmaal van warmte. Ze slijten het liefst hun dagen op een aangenaam, zonnig plekje. Een zonnig hoekje in de tuin, een vensterbank. Mijn Polly ligt urenlang in haar favoriete kartonnen doos, die ik natuurlijk de hele dag met de zon mee door de huiskamer moet schuiven. Bij gebrek aan zon vinden ze wel een radiator, of de plek met de beste vloerverwarming. Of een schoot natuurlijk.
Kan mijn kat verbranden?
Te veel zon is ook voor een kat niet goed. Katten kunnen wel degelijk verbranden. Ze hebben natuurlijk een vacht die bescherming biedt, maar de huid kan gewoon verbranden. Vooral katten met weinig pigment (witte katten dus bijvoorbeeld) lopen risico, of katten die (plekken met) weinig haar hebben. Op het heetst van de dag, en bij een hoge zonkracht, is het gevaar het grootst. Katten verbranden bijvoorbeeld vaak op hun oorschelpen, waar nauwelijks haar zit. Ook de neus is een beruchte plek. Er kunnen dan blaren of korstjes ontstaan. En je raadt het al: er bestaat daarom ook speciale zonnebrandcrème voor katten!
Er is ook een haarloos kattenras, de sphynx, ook wel bekend als ‘naaktkat’. De huid is bedenkt met hele kleine donshaartjes, maar die bieden nauwelijks bescherming tegen de zon. De meeste sphynxkatten gaan van nature dan ook niet veel naar buiten, en zijn meestal echte binnenkatten.
Zonkracht
Op dit moment is de zonkracht (UV-index) 5 a 6, op een schaal van 1 tot 10. In Nederland komt een zonkracht boven de 8 bijna nooit voor; dat is nog maar 4 keer gebeurd, waarvan een keer 9,0. Wel moeten we daarbij vermelden dat dit alleen gemeten wordt op hoofdstation De Bilt. Het is best aannemelijk dat we in het zuiden van het land al eens boven de 9 zijn uitgekomen.
Wit of zwart
Een lichtgekleurde kat verbrandt dus sneller dan een donkere. Maar, zoals we allemaal weten, houdt de kleur zwart wel meer warmte vast. Heeft een zwarte kat het dan sneller warm dan een witte? Ja, in principe wel. Je kunt het al aan de vacht voelen. En wellicht merk je het aan je kat. Een zwarte kat zal waarschijnlijk sneller genoeg gehad hebben van de zon, en even een koeler plekje opzoeken.
Zolen en oren
De normale lichaamstemperatuur van een kat is iets hoger dan die van de mens, zo’n 38 tot 39,5 graden. Katten reguleren hun lichaamstemperatuur heel anders dan mensen. Wij zweten om warmte kwijt te raken, maar dat kan een kat niet. Ze transpireren alleen wat via de kussentjes onder hun poten, en ook hun oren spelen hierin een rol. Je hebt misschien wel eens gemerkt dat kattenoren soms heel koud zijn, en andere keren juist heel warm.
Maar zolen en oren zijn lang niet genoeg om het hele lichaam te reguleren. Daarom zal een kat meestal zelf manieren zoeken om af te koelen of juist warm te worden. Ze zoeken bijvoorbeeld een schaduwplekje op als het erg heet is. Over het algemeen kunnen ze dat prima zelf.
Zomerhitte
Als de temperaturen extreem hoog worden, zoals de afgelopen zomers, kunnen ook katten wel wat hulp gebruiken om het hoofd koel te houden. Helemaal als de temperaturen binnenshuis ook de pan uit rijzen. Je kunt ze goed helpen, bijvoorbeeld door ze binnen te houden op het heetst van de dag. Er zijn koeldekentjes op de markt, maar met een beetje creativiteit kun je ook zelf makkelijk een compresje maken. Een bevroren flesje water, gewikkeld in een doek bijvoorbeeld. Een zak diepvrieserwten doet ook wonderen. En zorg altijd voor voldoende water.
En kou?
Winterse kou, voor zo ver we die in Nederland nog hebben, is minder gevaarlijk voor een huiskat. Ze hebben een dikke vacht, die in de winter nog dikker wordt. (Als de vacht nat wordt, verdwijnt wel het isolerende effect!) Bedenk wel dat het dichtbij de grond vaak kouder is dan iets hoger in de lucht. Als je kat graag buiten overnacht, is een hoger gelegen plek waarschijnlijk favoriet. Maar vooral: ze zullen vanzelf wel naar binnen gaan als het te koud is naar hun zin. Een groter genot dan warmte is er nu eenmaal niet.
Bronnen: KNMI, Katten Kenniscentrum Nederland